Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Retentierecht (art. 3:290 - 3:295 BW)

Bijgewerkt tot 13-02-2024 Auteur De redactie

1 AlgemeenDe bepalingen omtrent het retentierecht staan in art. 3:290 e.v. BW. Het retentierecht is een opschortingsrecht. De definitie van het retentierecht staat in art. 3:290 BW: 'Retentierecht is de bevoegdheid die in de bij de wet aangegeven gevallen aan een schuldeiser toekomt, om de nakoming van een verplichting tot afgifte van een zaak aan zijn schuldenaar op te schorten, totdat de vordering wordt voldaan’. Of in een concreet geval sprake is van retentierecht, wordt vastgesteld aa…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wetteksten


Artikel 290

Retentierecht is de bevoegdheid die in de bij de wet aangegeven gevallen aan een schuldeiser toekomt, om de nakoming van een verplichting tot afgifte van een zaak aan zijn schuldenaar op te schorten totdat de vordering wordt voldaan.


Artikel 291

  • 1

    De schuldeiser kan het retentierecht mede inroepen tegen derden die een recht op de zaak hebben verkregen, nadat zijn vordering was ontstaan en de zaak in zijn macht was gekomen.

  • 2

    Hij kan het retentierecht ook inroepen tegen derden met een ouder recht, indien zijn vordering voortspruit uit een overeenkomst die de schuldenaar bevoegd was met betrekking tot de zaak aan te gaan, of hij geen reden had om aan de bevoegdheid van de schuldenaar te twijfelen.

  • 3

    De schuldeiser kan het retentierecht niet inroepen tegen de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap die op grond van artikel 6.15 van de Erfgoedwet een rechtsvordering instelt.


Artikel 292

De schuldeiser kan zijn vordering op de zaak verhalen met voorrang boven allen tegen wie het retentierecht kan worden ingeroepen.


Artikel 293

Het retentierecht kan mede worden uitgeoefend voor de kosten die de schuldeiser heeft moeten maken ter zake van de zorg die hij krachtens de wet ten aanzien van de zaak in acht moet nemen.


Artikel 294

Het retentierecht eindigt doordat de zaak in de macht komt van de schuldenaar of de rechthebbende, tenzij de schuldeiser haar weer uit hoofde van dezelfde rechtsverhouding onder zich krijgt.


Artikel 295

Raakt de zaak uit de macht van de schuldeiser, dan kan hij haar opeisen onder dezelfde voorwaarden als een eigenaar.


Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
Sterrehofcomplex Instantie Hoge Raad Datum 23-06-2023 Nummer ECLI:NL:HR:2023:970
(Ouder) retentierecht gaat voor op jonger hypotheekrecht Instantie Gerechtshof 's-Hertogenbosch Datum 29-03-2016 Nummer ECLI:NL:GHSHE:2016:1179
Retentierecht kon niet worden ingeroepen tegen ouder hypotheekrecht Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum 03-02-2015 Nummer ECLI:NL:GHARL:2015:681
Retentierecht is ondeelbaar Instantie Gerechtshof Den Haag Datum 21-10-2014 Nummer ECLI:NL:GHDHA:2014:3206
Een veilingnotaris is niet gehouden geldigheid van het retentierecht te onderzoeken Instantie Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden Datum 25-02-2014 Nummer ECLI:NL:TNORARL:2014:11
Zonder feitelijk macht over zaak kan geen retentierecht bestaan Instantie Hoge Raad Datum 05-12-2003 Nummer ECLI:NL:HR:2003:AL8440
Winters/Kantoor van de Toekomst Instantie Hoge Raad Datum 06-02-1998 Nummer ECLI:NL:HR:1998:ZC2571

Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel Over het retentierecht van de aannemer bij projectontwikkeling en de positie van anterieure en posterieure derden-verkrijgers en hun rechtsopvolgers. Een update. Auteur(s) J.C. van Straaten Bron JBN 2024/5
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Civiel