Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Verevening bij huwelijkse voorwaarden of schriftelijke overeenkomst (art. 4 Wvps)

Bijgewerkt tot 01-07-2025 Auteur mr. F.M.H. (Frank) Hoens

1 AfwijkenVan de hoofdregel dat alleen het gedurende het huwelijk verworven ouderdomspensioen wordt verevend en bij helfte wordt gedeeld kan worden afgeweken op grond van art. 4 lid 1 Wvps. De Wvps somt limitatief vier toegestane afwijkingen van de pensioenverevening op:uitsluiting van verevening conform de Wvps, zie art. 2 lid 1 Wvps;aanpassen van de periode waarover opgebouwde pensioenaanspraken moeten worden verevend, art. 4 lid 1 Wvps;verevening anders dan bij helfte, art. 4 lid 1 Wvps; enc…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.


Inloggen via Legal Intelligence

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wet- en regelgeving


Artikel 4

  • 1

    Bij huwelijkse voorwaarden of bij een bij geschrift gesloten overeenkomst met het oog op de scheiding kunnen de echtgenoten in afwijking van artikel 3, aanhef en onderdeel a van het eerste lid, overeenkomen het deel bedoeld in artikel 2, tweede lid, te bepalen op een door hen te kiezen vast percentage dan wel de in artikel 3, eerste lid, onder a, nader bepaalde periode te wijzigen. Het bij geschrift met het oog op de scheiding door de echtgenoten overeen te komen deel kan niet worden bepaald op een percentage dat op het tijdstip van scheiding resulteert in een pensioenaanspraak gelijk aan of lager dan het in artikel 3, derde lid, bedoelde bedrag.

  • 2

    Mits de echtgenoten binnen twee jaar na het tijdstip van scheiding een gewaarmerkt afschrift of uittreksel van de in het eerste lid bedoelde overeenkomst aan het uitvoeringsorgaan hebben overgelegd, is het uitvoeringsorgaan gebonden aan hetgeen door de echtgenoten is overeengekomen doch slechts voor wat betreft de periode gelegen na ontvangst van het afschrift of uittreksel van de overeenkomst. Indien de echtgenoten zulks nalaten kan deze overeenkomst niet aan het uitvoeringsorgaan worden tegengeworpen, zelfs indien de overeenkomst ingeschreven was in het openbaar huwelijksgoederenregister bedoeld in artikel 116, Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 3

    Na ontvangst van het afschrift of uittreksel van de in het eerste lid bedoelde overeenkomst verstrekt het uitvoeringsorgaan aan de tot verevening gerechtigde echtgenoot een bewijsstuk als bedoeld in het vijfde lid van artikel 2. De andere echtgenoot ontvangt daarvan een afschrift.


Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel Notariële (voor)huwelijkse pensioenbelehrung is eigenlijk niet te doen Auteur(s) F.M.H. Hoens Bron WPNR 2025/7487
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Diversen