Kennisbank voor het notariaat

Zoekresultaten (8478)


Wetstoelichtingen

Lopende termijnen/verplichtingen van een jaar of korter Lopende termijnen van inkomsten en verplichtingen die betrekking hebben op een tijdvak van een jaar of korter en waarvan het achterliggende vermogensbestanddeel


Wetstoelichtingen

1 Inleiding De hoofdregel is dat uitgaven voor inkomensvoorzieningen voor aftrek in aanmerking komen op het tijdstip waarop zij zijn: betaald; verrekend; ter beschikking gesteld; of


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Het resultaat uit overige werkzaamheden wordt belast in box 1. De wet geeft geen definitie van het begrip werkzaamheid. Wel worden in art. 3.91 en 3.92 Wet IB 2001 een aantal gevallen omschreven


Wetstoelichtingen

1 Algemeen Als resultaat uit overige werkzaamheden wordt ook aangemerkt het voordeel dat men behaalt uit lucratieve belangen waarbij de voordelen die uit deze lucratieve belangen worden behaald, gelet


Wetstoelichtingen

1 Toerekening inkomensbestanddelen en bestanddelen van de rendementsgrondslag bij partners In art. 2.17 lid 1 Wet IB 2001 bevat de hoofdregel hoe bij fiscaal partners inkomensbestanddelen en bestanddelen


Wetstoelichtingen

Wet op de inkomstenbelasting 2001 De Wet IB 2001 is ingedeeld in hoofdstukken. Hoofdstuk 1 bevat onder de kop Algemene bepalingen een aantal bepalingen waarin omschrijvingen van een aantal begrippen


Wetstoelichtingen

1 Subjectieve belastingplicht in de inkomstenbelasting Belastingplichtig voor de inkomstenbelasting zijn de natuurlijke personen die in Nederland wonen  (binnenlandse belastingplichtigen) en die


Wetstoelichtingen

1 Achtergrond van de regeling  Landbouwbedrijven die landbouwgrond in eigendom hebben en die de grond verkopen of hun onderneming beëindigen, kunnen aanspraak maken op de landbouwvrijstelling van art


Wetstoelichtingen

Algemeen Met ingang van 1 januari 2024 is een tweeschijventarief in box 2 ingevoerd. Het tarief bedraagt in 2025 24,5% over de eerste € 67.804 aan belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang en 31% over


Wetstoelichtingen

Dergelijke verzoeken kunnen worden geadresseerd aan Belastingdienst / Corporate Dienst Vaktechniek, Brieven en beleidsbesluiten / VPB-winst, Postbus 20201, 2500 EE Den Haag.


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Vermogen dat naar zijn aard slechts ondernemingsdoelen kan dienen, behoort naar de leer van de vermogensetikettering verplicht tot het ondernemingsvermogen (box 1). Als dit vermogen zou worden


Wetstoelichtingen

Hof Den Haag  schaart zich de facto achter de mening van de redactie van Vakstudie Nieuws en baseert zich op het in de genoemde brief gegeven antwoord op de voorgelegde vraag.


Wetstoelichtingen

1 Inleiding In art. 3.65 Wet IB 2001 is de mogelijkheid opgenomen van een geruisloze inbreng van een onderneming in een naamloze of een besloten vennootschap (hierna wordt omwille van de eenvoud gesproken


Wetstoelichtingen

1 Basispartnerbegrip in de AWR Het basispartnerbegrip is opgenomen in art. 5a AWR . Tot dat begrip behoren gehuwden, geregistreerde partners en ongehuwde samenwoners met een notarieel samenlevingscontract


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Uitgaven voor onderhoudsverplichtingen komen in aftrek bij degene die de uitgaven doet (art. 6.1 lid 2 onder a jo. art. 6.2 Wet IB 2001) en worden bij de ontvanger belast (art. 3.100 jo.


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Art. 3.100 Wet IB 2001 geeft een opsomming van de in box 1 belastbare periodieke uitkeringen en verstrekkingen. Een categorie hiervan zijn de 'aangewezen periodieke uitkeringen en verstrekkingen


Wetstoelichtingen

1 Renteaspect bij nalatenschappen die vóór 1 januari 2001 zijn opengevallen (art. AK en AKa) Bij de introductie van de Wet IB 2001 heeft de wetgever in de Invoeringswet IB 2001 regelingen getroffen


Wetstoelichtingen

1 Inleiding In box 2 wordt het belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang in de heffing betrokken. Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang is het inkomen uit aanmerkelijk belang verminderd met


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Als inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) worden aangemerkt ‘reguliere voordelen’ (verminderd met de aftrekbare kosten) en ‘vervreemdingsvoordelen’ ( art. 4.12 Wet IB 2001 ). Anders gezegd


Wetstoelichtingen

1 Grondslag sparen en beleggen In box 3 wordt het inkomen uit sparen en beleggen belast. Dit inkomen bestaat uit het saldo van het voordeel uit sparen en beleggen verminderd met de persoonsgebonden


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Voor ondernemers die hun onderneming willen overdragen aan hun bedrijfsopvolger zonder fiscale afrekening, is in art. 3.63 Wet IB 2001 een doorschuiffaciliteit / doorschuifregeling in de


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Wanneer een ouder overlijdt, komt het vaak voor dat de kinderen als erfgenaam niet direct vermogen tot hun beschikking krijgen, maar slechts hun erfdeel in de vorm van een vordering op de


Wetstoelichtingen

Dit was mede gebaseerd op oude beleidsbesluiten, welke op dat punt echter zijn ingetrokken.


Wetstoelichtingen

1 Totaalwinst versus jaarwinst Art. 3.8 Wet IB 2001 geeft als definitie van winst: ‘Winst uit een onderneming (winst) is het bedrag van de gezamenlijke voordelen die, onder welke naam en in welke vorm


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Indien de IB-ondernemer zijn onderneming staakt, moet worden afgerekend over de voordelen uit de onderneming die niet eerder in de heffing van inkomstenbelasting zijn betrokken (art. 3.61