Kennisbank voor het notariaat

Zoekresultaten (8517)


Wetstoelichtingen

1 Genot, gebruik en beheer bij gemeenschap In titel 7 van Boek 3 BW is de regeling omtrent de gemeenschap opgenomen. In art. 3:168 BW, art. 3:169 BW en art. 3:170 BW worden genot, gebruik en beheer bij


Wetstoelichtingen

1 Algemeen Tenzij een beheersregeling anders bepaalt, kan iedere deelgenoot op eigen naam een rechtsvordering instellen ter verkrijging van een rechterlijke uitspraak ten behoeve van de gemeenschap. 


Wetstoelichtingen

1 Inleiding De rechter kan een onzijdig persoon benoemen om een door hem bevolen verdeling uit te voeren in naam van: een niet meewerkende deelgenoot of zijn vertegenwoordiger; een beperkt


Wetstoelichtingen

1 Nietigheid en vernietigbaarheid van de verdeling Een verdeling is nietig indien niet alle deelgenoten en alle andere personen waarvan de medewerking is vereist (zie hiervoor ook art. 3:178 lid 1 BW


Wetstoelichtingen

De wettekst zoals die luidde tot en met 31 december 2017 vindt u hier . Voor de thans geldende wettelijke gemeenschap van goederen wordt verwezen naar de toelichting Wettelijke gemeenschap van goederen


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Op grond van art. 1:94 lid 4 BW kan een erflater of schenker bepalen dat goederen die hij nalaat of schenkt niet in de wettelijke gemeenschap vallen. 2 Uitsluitingsclausule in (latere)


Wetstoelichtingen

1 Inleiding De bepalingen in titel 1.6 BW zijn deels dwingend recht (bijvoorbeeld art. 1:81 en 1:88 BW) en deels regelend recht (bijvoorbeeld art. 1:84 BW). De bepalingen zijn toepasselijk ongeacht


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Art. 1:84 BW regelt de draag- en fourneerplicht met betrekking tot de huishoudkosten. De bepaling regelt ten laste van wie van de echtgenoten/geregistreerde partners de kosten van de huishouding


Wetstoelichtingen

1 Hoofdelijke aansprakelijkheid kosten huishouding (art. 1:85 BW) Art. 1:85 BW breidt de aansprakelijkheid uit voor verbintenissen aangegaan door echtgenoten/geregistreerde partners ten behoeve van de


Wetstoelichtingen

1 Inleiding De regeling van de vergoedingsrechten is opgenomen in Titel 1.6 BW, de titel die geldt voor alle huwelijken en echtgenoten, ongeacht het tussen hen geldende huwelijksvermogensregime. Daarmee


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Het huwelijksvermogensrecht definieert bestuur als de bevoegdheid om beschikkingshandelingen, beheershandelingen en feitelijke handelingen te verrichten en toe te laten (art. 1:90 lid 2


Wetstoelichtingen

1 Vormvereisten Huwelijkse voorwaarden kunnen zowel door aanstaande echtgenoten voor het sluiten van het huwelijk als door echtgenoten tijdens het huwelijk worden gemaakt (art. 1:114 BW). Hetzelfde geldt


Wetstoelichtingen

Titel 6 van Boek 1 BW is niet van toepassing op van tafel en bed gescheiden echtgenoten. De actuele tekst van de wet kunt u raadplegen op het tabblad 'Wettekst'.


Wetstoelichtingen

1 Wettelijke gemeenschap van goederen per 1 januari 2018 De wet Beperking omvang gemeenschap van goederen is op 1 januari 2018 in werking getreden ( Stb. 2017, 178 ). Deze wet introduceerde een beperkte


Wetstoelichtingen

1 Algemeen Afdeling 1.8.2 BW, dat de verrekenbedingen tot onderwerp heeft, is in werking getreden op 1 september 2002. De regeling is grotendeels codificatie van jurisprudentie tot en met 2002. De afdeling


Wetstoelichtingen

1 Tijdens de verrekenplicht verkregen inkomsten en/of vermogen Art. 1:133 lid 2 BW bepaalt dat de verplichting tot verrekening uitsluitend betrekking heeft op inkomsten die of op vermogen dat de echtgenoten


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Ten aanzien van goederen kan bij uiterste wilsbeschikking of bij de gift worden bepaald dat zij buiten de wettelijke gemeenschap van goederen vallen, art. 1:94 lid 2 letter a BW.


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Zowel bij periodieke als bij finale verrekening geldt dat deze in beginsel bij helfte plaatsvindt . In geval van een wederkerige verrekenplicht moeten op de verrekendatum over en weer de


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Vaak zijn de te verrekenen inkomsten of het te verrekenen vermogen niet meer in de oorspronkelijke vorm aanwezig, maar is het (deels) besteed aan de aanschaf van goederen of voor de aflossing


Wetstoelichtingen

1 Inleiding In beginsel vindt een periodieke of finale verrekening van inkomsten en/of vermogen plaats in geld (art. 1:137 lid 1 BW). 2 Inbetalinggeving van goederen, art. 1:137 lid 3 BW Inbetalinggeving


Wetstoelichtingen

Jaarlijkse opgave van te verrekenen inkomsten/vermogen Om de nadelige effecten van het bewijsvermoeden van art. 1:136 lid 2 BW, zoveel mogelijk te beperken, is een opgave van het verrekenen inkomsten


Wetstoelichtingen

1 Opheffing verrekenverplichting Wederkerige verrekenbedingen pakken ongunstig uit, indien een verrekeningsgerechtigde echtgenoot lichtvaardig schulden maakt of zijn goederen verspilt. Het vermogen


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Art. 1:141 BW is alleen van toepassing op periodieke verrekenbedingen (Amsterdamse verrekenbedingen). Indien in een in de huwelijkse voorwaarden omschreven tijdvak van het huwelijk niet is


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Een vervalbeding gekoppeld aan een periodiek verrekenbeding (Amsterdams verrekenbeding) doet de verrekenplicht in beginsel vervallen. Het Burgerlijk Wetboek bevat geen definitie van een vervalbeding


Wetstoelichtingen

1 Inleiding Partijen definiëren zelf in huwelijkse voorwaarden/partnerschapsvoorwaarden in verband met een periodiek verrekenbeding (Amsterdams verrekenbeding) wat zij onder inkomsten begrijpen. Indien