Wetstoelichtingen
In Vakstudie Nieuws 2013/40.14 van 5 september 2013 werd een brief van de Belastingdienst de dato 6 juni 2013 gepubliceerd over de afwikkeling van een nalatenschap waarop een quasi-wettelijk verdelingstestament
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De Omgevingswet is op 1 januari 2024 in werking getreden. In de Omgevingswet (Stb . 2016, 156) zijn veel wetten op het gebied van de fysieke leefomgeving (bodem, geluid, lucht, milieu, waterbeheer
Wetstoelichtingen
1 Hoofdlijnen omgevingsplan Iedere gemeente beschikt vanaf 1 januari 2024 over één omgevingsplan dat de regels bevat met betrekking tot de fysieke leefomgeving ( art. 2.6 Ow ). De gemeente kan voor
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Een omgevingsvisie moet door elk van de bij het omgevingsrecht betrokken bestuursorganen (op zowel rijksniveau, provinciaal niveau als gemeentelijk niveau) worden vastgesteld en bevat een
Wetstoelichtingen
1 Hoofdlijnen regelgeving activiteiten in de fysieke leefomgeving Art. 4.1 Omgevingswet (Ow) bevat de regelgevende bevoegdheid voor het vaststellen van algemene regels over activiteiten in de fysieke
Wetstoelichtingen
1 Hoofdlijnen omgevingsvergunning Een omgevingsvergunning is de officiële toestemming van een overheidsinstantie aan burgers, bedrijven en andere overheden om bepaalde activiteiten te verrichten in de
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Door de invoering van de Omgevingswet is de aanwijzing als provinciaal monument en (op termijn) gemeentelijke monumenten geregeld in het omgevingsplan dat via het Digitaal Stelsel Omgevingswet
Wetstoelichtingen
1 Inleiding De Wet voorkeursrecht gemeenten (hierna: Wvg) is, via de Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet , in gewijzigde vorm opgenomen in de Omgevingswet. De wetgeving over het voorkeursrecht
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Een gedoogplicht is de plicht voor de eigenaar en andere rechthebbenden om activiteiten op, in, onder en boven hun eigendom te gedogen. In gevallen waarin de rechthebbende geen toestemming
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Het grondbeleidsinstrument ‘onteigening’ – voorheen geregeld in de Onteigeningswet uit 1851 – is op 1 januari 2024 via de Aanvullingswet grondeigendom in de Omgevingswet terechtgekomen. Het
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Per 1 januari 2024 is het onderdeel ‘landinrichting’ opgenomen in Hoofdstuk 12 van de Omgevingswet (getiteld: ‘Bijzondere instrumenten voor het inrichten van gebieden’) en, voor wat betreft
Wetstoelichtingen
1 Verrekenprijs verschillen bij de toepassing van het zakelijkheidsbeginsel (art. 8ba t/m 8bd Wet Vpb.) Met ingang van 2022 zijn met invoering van de artikelen 8ba tot en met 8bd Wet Vpb maatregelen
Wetstoelichtingen
1 Handelen voor zich of een nader te noemen meester Een clausule die vaak in koopovereenkomsten wordt opgenomen, is de ‘nader te noemen meester clausule’ of kortweg ‘meesterclausule’. De koopovereenkomst
Wetstoelichtingen
1 Inleiding en achtergrond regeling Op 1 januari 2021 is de Wet Homologatie Onderhands Akkoord (hierna: WHOA) in werking getreden ( Kamerstukken 35249 ). Op 1 januari 2023 is de WHOA op enkele onderdelen
Wetstoelichtingen
De verschillende (ontwerpen van) wetsvoorstellen schenken geen bijzondere aandacht aan notariële aspecten met betrekking tot de pre-pack.
Wetstoelichtingen
1 Opheffing of wijziging splitsing De wetgever heeft geen uitsluitsel gegeven over de vraag wanneer een opheffing gevolgd door een nieuwe splitsing in appartementsrechten dan wel een wijziging van de
Wetstoelichtingen
1 Algemeen Het derdenbeding wordt geregeld in de artt. 6:253-256 BW. Van een derdenbeding is sprake als een derde, die geen partij is bij de overeenkomst, aanspraken jegens de contractspartij kan ontlenen
Wetstoelichtingen
1 Algemeen Art. 58 e.v. Inv. bevatten regelingen over de verplichting tot informatieverstrekking ten dienste van de belastinginvordering. Art. 47 e.v. AWR bevat vergelijkbare verplichtingen met betrekking
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Art. 2:118a BW is van toepassing op beursgenoteerde NV's, waarvan de certificaten beursgenoteerd zijn. De bijbehorende aandelen hoeven niet beursgenoteerd te zijn ( TK 2001-02, 28 179, nr
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Op grond van art. 3:302 BW is het mogelijk om een verklaring voor recht te verzoeken bij de rechter. Hierbij stelt de rechter de rechtsverhouding tussen partijen vast en wijst hij bij toewijzing
Wetstoelichtingen
1 Verzekerde lijfrenten ter compensatie van pensioentekort Art. 3.125 Wet IB 2001 formuleert drie lijfrenten die worden aangemerkt als lijfrenten die dienen als compensatie voor een pensioentekort. Dit
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Wederkerige overeenkomsten zijn obligatoir van aard en kenmerken zich door hun ‘ruilkarakter’: partijen nemen elk een verbintenis op zich ter verkrijging van een wederprestatie. Indien één
Wetstoelichtingen
1 Inleiding Een verplicht onderdeel van de statuten van een rechtspersoon vormt de zogeheten ‘belet- en ontstentenisregeling’. Deze regeling bevat kort gezegd een voorschrift waarin een tijdelijke voorziening
Wetstoelichtingen
1 Totale plaatje: het (sociaal) economische profiel van de cliënt Voor de Wwft is niet alleen de identiteit van de cliënt, vertegenwoordiger(s) en UBO(’s) relevant. Andere omstandigheden dan de identiteit
Wetstoelichtingen
In art. 15 lid 1 onder t WBR is met ingang van 1 januari 2022 onder voorwaarden een vrijstelling voor de verkrijging van een woning in de zin van de overdrachtsbelasting (art. 14 lid 2 WBR) opgenomen indien