Kennisbank voor het notariaat

Zoekresultaten (8262)


Rechtspraak
Hoge Raad 08-07-2005 ECLI:NL:HR:2005:AT2623

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam 17-12-2013 ECLI:NL:GHAMS:2013:4764

Casus Drie erfgenamen hebben de nalatenschap zuiver aanvaard, Y, de vierde erfgenaam, heeft zich niet uitgelaten over aanvaarden of verwerpen van de nalatenschap. Y weigert de boedelvolmacht te tekenen


Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch 08-01-2002 ECLI:NL:GHSHE:2002:AD9069

Casus K koopt in juni 1997 een woning van V. Volgens de koopovereenkomst bezit de woning de eigenschappen die voor het gebruik als woonhuis nodig zijn. De aan K kenbare gebreken die daaraan in de weg


Rechtspraak
Rechtbank Oost-Nederland 12-02-2013 ECLI:NL:RBONE:2013:BZ1984

Casus A overlijdt in 2012 en laat onder meer een minderjarige dochter als erfgename achter. In zijn testament had A een testamentair bewind ingesteld over het erfdeel van de minderjarige dochter totdat


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 26-04-2016 ECLI:NL:GHARL:2016:3406

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam 24-06-2015 ECLI:NL:RBAMS:2015:3904

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Rechtbank Leeuwarden 17-09-2009 ECLI:NL:RBLEE:2009:BK6608

De Rechtbank heeft geoordeeld dat het onder omstandigheden mogelijk is om alleen de rente op een vordering die is aangegroeid na 1 januari 2001 af te lossen, zodat men buiten de overgangsregeling van de


Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch 31-03-2020 ECLI:NL:GHSHE:2020:1117

Casus M en V hebben aan hun zoon Z verschillende schenkingen onder schuldigerkenning gedaan. Na de echtscheiding tussen M en V kan V door haar inkomensachteruitgang de rentelasten uit hoofde van de schenkingsovereenkomsten


Rechtspraak
Hoge Raad 06-12-1968 ECLI:NL:HR:1968:AB7278

Casus In 1951 verkoopt erflater E aan haar kind A een schuur met omliggende grond. In 1963 is E overleden zonder dat zij bij testament over haar nalatenschap heeft beschikt. De erfgenamen van E zijn haar


Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam 06-01-2016 ECLI:NL:RBROT:2016:8

Casus M en V, beiden van Nederlandse nationaliteit en woonachtig in Nederland, hebben in 2002 een Islamitisch huwelijk gesloten. Zij zijn geen burgerlijk huwelijk of geregistreerd partnerschap aangegaan


Rechtspraak
Hoge Raad 17-02-2017 ECLI:NL:HR:2017:276

Casus M (Nederlandse nationaliteit) en V (Italiaanse nationaliteit) zijn gehuwd zonder het maken van huwelijksvoorwaarden. M en V zijn in Nederland gehuwd en op hun huwelijksvermogensregime is het Nederlandse


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 24-02-2015 ECLI:NL:GHARL:2015:1292

Casus M en V zijn met elkaar gehuwd geweest in de wettelijke gemeenschap van goederen. Het huwelijk van partijen is ontbonden door echtscheiding. Tussen M en V zijn geschillen ontstaan over de vraag of


Rechtspraak
Hof van Justitie EU 17-01-2008 C-256/06

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Rechtbank Arnhem 29-03-2011 ECLI:NL:RBARN:2011:BP9471

Het opnemen van marktgegevens van vergelijkbare panden ter onderbouwing van de HWK-methode is niet verplicht. Omgekeerd betekent de aanwezigheid van referentie huurwaarden niet per definitie dat aan een


Rechtspraak
Hoge Raad 01-02-2002 ECLI:NL:HR:2002:AD5355

Casus X draagt in 1985 de economische eigendom van een 19e-eeuws pand over aan V. X blijft zelf juridisch eigenaar. Elf jaren later (1996) verwerft K de volledige eigendom van dit pand, de economische


Rechtspraak
Hoge Raad 09-11-2018 ECLI:NL:HR:2018:2068

Casus B heeft een perceel bouwterrein gekocht en heeft de koop van het perceel gefinancierd met een hypothecaire lening van bank X (1). Het perceel heeft B gekocht om het zijn zus Z en haar echtgenoot


Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam 01-12-2020 ECLI:NL:GHAMS:2020:3311

Casus In 2013 wordt vennootschap X opgericht met vijf aandeelhouders. Een van de aandeelhouders is A BV. De aandelen in A BV zijn gecertificeerd. Enig aandeelhouder van A BV is STAK A. In 2016 vindt een


Rechtspraak
Hoge Raad 11-01-2013 ECLI:NL:HR:2013:BY8065

X is eigenaar van een woning. Nu in de koopovereenkomst bepalingen inzake ‘Maatschappelijk Gebonden Eigendom’ (MGE) zijn opgenomen, mag B de woning tot en met 2028 uitsluitend verkopen aan Stichting B


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem 20-09-2011 ECLI:NL:GHARN:2011:BT6224

A is eigenaar van een recreatiewoning. Iedere eigenaar van een recreatiewoning op het recreatiepark is verplicht lid van de Vereniging van Eigenaars van het recreatiepark. Het lidmaatschap kan alleen tezamen


Rechtspraak
Hoge Raad 25-11-1998 ECLI:NL:HR:1998:AA2572

Zakelijke of daarmee gelijk te stellen verplichtingen die rusten op een onroerende zaak (zoals een erfdienstbaarheid) kunnen een waardedrukkend effect hebben. De mate waarin dit het geval is, is afhankelijk


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 02-07-2013 ECLI:NL:GHARL:2013:5153

Casus A is eigenaar van een onroerende zaak met daarop een woning. Op de oprit naar de woning rusten erfdienstbaarheden ten behoeve van twee andere woningen. Hof Anders dan A bepleit, oordeelt het


Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam 01-09-2011 ECLI:NL:GHAMS:2011:BR6798

De derde en vierde etage van een pand zijn in gebruik als woonruimte. De gemeente staat juridische splitsing van het pand in appartementen niet toe. Het Hof oordeelt onder verwijzing naar de parlementaire


Rechtspraak
Rechtbank Dordrecht 29-06-2007 ECLI:NL:RBDOR:2007:BB3131

Bij de toepassing van de vergelijkingsmethode moet rekening worden gehouden met het feit dat de te waarderen woning een agrarische bestemming heeft en de referentiewoningen niet. Uit het rapport moet voldoende


Rechtspraak
Hoge Raad 10-09-2010 ECLI:NL:HR:2010:BN6300

De Wet voorkeursrecht gemeenten bevat een regeling die waarborgt dat de verkoper bij de uitoefening van het voorkeursrecht door de gemeente de werkelijke waarde van de onroerende zaak vergoed krijgt. Hierdoor


Rechtspraak
Hoge Raad 09-06-2006 ECLI:NL:HR:2006:AX7319

Verleent de gemeente een vrijstelling van het bestemmingplan, dan kan dit leiden tot een hogere WOZ-waarde. De invloed van deze vrijstelling op de WOZ-waarde zal beperkt zijn zolang de bezwaar- of beroepstermijn