Casus E benoemt haar neef C tot enig erfgenaam en executeur. Wanneer E komt te overlijden zendt C aan bank X de overlijdensakte van E, kopieën van het testament van E en een uittreksel uit het CTR. Hierbij
Casus X is voornemens een recht van hypotheek te vestigen op de eigen woning. De bank weigert echter medewerking te verlenen, omdat nog een eerste hypotheekrecht op de woning rust ten behoeve van een
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspraak raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus M en V zijn in 1986 in gemeenschap van goederen gehuwd. M heeft ontslagvergoedingen van werkgever X en werkgever Y ontvangen. De ontslagvergoeding van X heeft M ondergebracht in een stamrecht-BV
Art. 3.55 Wet IB 2001 (jo 4.41 Wet IB 2001, indien de aandelen niet tot ondernemingsvermogen van een natuurlijk persoon behoren) geeft een doorschuifregeling indien een meerwaarde op aandelen wordt gerealiseerd
Casus A is enig aandeelhouder in A BV, welke BV een belang van 28% houdt in X BV. A is voor twee derde deel eigenaar van een onroerende zaak. De onroerende zaak wordt aan X BV verhuurd, zodat A de onroerende
Casus M en V zijn in 2005 van elkaar gescheiden. Bij de verdeling van de huwelijksgemeenschap wordt aan M 52% van de certificaten van aandelen in C BV toebedeeld en aan V de overige 48% van de certificaten
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus Gemeente Nieuwegein (hierna: 'de gemeente') bereidt de uitgifte voor van vier kavels op een bedrijvenpark. X heeft bij de gemeente geïnformeerd naar de mogelijkheden om op één van de kavels
Casus Op 15 augustus 1997 draagt V zijn onderneming over aan Z. Op 6 januari 1998 scheldt V het door Z schuldig gebleven deel van de koopsom kwijt. In geschil is of het schenkingsrecht in verband met
Casus A BV heeft eind december 2005 onroerende zaken verkocht aan twee zussen X en Y die elk via een eigen holding BV 50% van de aandelen A BV hebben. X en Y zijn tevens directeur van A BV. De verkoopprijs
Casus Vader V en zoon Z oefenen een melkveebedrijf uit in een vennootschap onder firma. Na overlijden van V, werken moeder M en Z van 1983 tot 1991 samen in de vennootschap onder firma. In de vennootschapsakte
Casus Op 29 november 2001 draagt vader (V) zijn melkveebedrijf tegen going concernwaarde over aan zijn zoon (Z). In de koopovereenkomst is een meerwaardeclausule overeengekomen bij verkoop van de onderneming
Casus Erflater E was één jaar voor zijn overlijden een geregistreerd partnerschap aangegaan met de 40 jaar jongere X, die hij kende vanuit haar functie van medewerkster in het verzorgingstehuis waar E
Casus V koopt een bouwterrein, waarop haar partner M en de partner van haar zus, beiden werkzaam in de bouw, een dubbel woonhuis bouwen. Nog voordat de bouw is afgerond, schrijven V en M zich in voor
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus In november 2011 verkoopt vader V twee verhuurde woningen aan zijn dochter D voor een koopprijs van € 85.000 en € 165.000. De koopprijs voor beide objecten wordt schuldig gebleven en omgezet in
Per 1 januari 2011 merkt art. 4 lid 4 onder b en c WBR bepaalde bezittingen als verdacht aan voor de toetsing of aan de beziteis wordt voldaan. Deze bezittingen blijven in beginsel buiten beschouwing voor
Casus A heeft met de bank (B) een hypothecaire geldlening gesloten tot zekerheid waarvan A hypotheek heeft verleend op zijn woning. A kan zijn verplichtingen uit hoofde van de geldlening niet langer
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Casus Verkoper V heeft in 2008 een 'geheel gerenoveerde en gemoderniseerde woning' aan koper K overgedragen. In opdracht van V is de woning voorafgaand aan de levering door een bouwkundig adviseur geïnspecteerd
Casus In oktober 2010 is door verkoper V aan koper K geleverd een appartementsrecht rechtgevend op het exclusieve gebruik van de beletage en souterrain. Na de levering heeft K een aantal onderzoeken laten