Kennisbank voor het notariaat

Zoekresultaten (8265)


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 18-05-2021 ECLI:NL:GHARL:2021:4884

Casus Erflater E heeft in zijn testament zijn echtgenote V en zijn kinderen benoemd tot erfgenaam. Ook is opgenomen dat, indien V de nalatenschap verwerpt, aan haar een legaat van inboedel en vruchtgebruik


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 24-03-2015 ECLI:NL:GHARL:2015:2134

Casus M en V zijn in 2009 gehuwd in gemeenschap van goederen.  M heeft in 2012 een verzoek tot echtscheiding ingediend. De echtscheiding is in 2013 tot stand gekomen. Bij de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap


Rechtspraak
Gerechtshof Den Haag 16-03-2016 ECLI:NL:GHDHA:2016:1028

Casus M en V waren gehuwd na het maken van huwelijkse voorwaarden, inhoudende uitsluiting van gemeenschap van goederen en een periodiek verrekenbeding. De voormalige echtelijke woning valt in een tussen


Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 12-06-2018 ECLI:NL:GHARL:2018:5401

Casus M en V hebben een affectieve relatie gehad en hebben samengewoond. Uit de relatie zijn twee kinderen geboren. In augustus 1993 hebben partijen een notariële samenlevingsovereenkomst opgesteld. In


Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland 09-05-2018 ECLI:NL:RBNHO:2018:4178

Casus Erflaatster E laat 97 erfgenamen na. Alle erfgenamen, op één na (hierna A), hebben haar nalatenschap zuiver aanvaard (art. 4:190 lid 1 BW). De Kantonrechter heeft wegens het verstrijken van de


Rechtspraak
Gerechtshof 's-Gravenhage 16-03-2011 ECLI:NL:GHSGR:2011:BP8941

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch 06-03-2012 ECLI:NL:GHSHE:2012:BV9349

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Hoge Raad 27-01-2023 ECLI:NL:HR:2023:96

Casus V en M waren gehuwd in de wettelijke gemeenschap van goederen. V heeft tijdens haar huwelijk uit de nalatenschap van haar vader een bedrag van circa € 172.000 onder uitsluitingsclausule verkregen


Rechtspraak
Gerechtshof Leeuwarden 02-10-2012 ECLI:NL:GHLEE:2012:BX9167

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder ‘Procedureverloop’.


Rechtspraak
Gerechtshof Den Haag 21-11-2017 ECLI:NL:GHDHA:2017:3509

Casus M en V hebben enige tijd met elkaar samengewoond zonder samenlevingsovereenkomst. De woning waarin ze hebben samengewoond behoort uitsluitend in eigendom toe aan M. Deze woning is in 2011 verbouwd


Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam 15-11-2016 ECLI:NL:GHAMS:2016:4608

Casus M en V zijn na het maken van huwelijkse voorwaarden gehuwd met uitsluiting van iedere gemeenschap van goederen. De huwelijkse voorwaarden bevatten een (verreken)beding ten aanzien van de kosten van


Rechtspraak
Rechtbank Midden-Nederland 11-10-2018 ECLI:NL:RBMNE:2018:5021

Casus X is voornemens een mobiele mantelzorgwoning te plaatsen op het perceel van zijn dochter. Daartoe heeft X bij de gemeente een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend met overlegging van


Rechtspraak
Hoge Raad 06-10-2017 ECLI:NL:HR:2017:2549

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam 09-02-2005 ECLI:NL:RBROT:2005:AT5302

Casus X en Y zijn eigenaren van twee aan elkaar grenzende percelen. De erfgrens werd tot 1966 gevormd door een sloot, waarbij de grens in het midden van de sloot lag. Vlak langs de sloot stond op het


Rechtspraak
Hoge Raad 27-03-2015 ECLI:NL:HR:2015:762

Casus M en V zijn in 1991 van echt gescheiden. Destijds is de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap verdeeld. De pensioenrechten van M zijn niet in de verdeling betrokken. Thans vordert V dat M wordt


Rechtspraak
Hoge Raad 07-12-2012 ECLI:NL:HR:2012:BY0957

Casus Twee ex-echtgenoten procederen over de verdeling van de ontbonden huwelijksgemeenschap. In een beschikking van rechtbank Rotterdam van 16 februari 2011 (brondocument niet beschikbaar) werd geoordeeld


Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland 21-06-2021 ECLI:NL:RBNHO:2021:9059

Casus X en Y hebben een voortdurend recht van erfpacht verkregen van een perceel grond. Op het perceel hebben ze voor eigen gebruik een woning met bedrijfsruimte gesticht. In eigen beheer hebben X en


Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam 03-06-2015 ECLI:NL:RBROT:2015:3944

Casus Op 23 april 1979 heeft de Gemeente R aan de rechtsvoorgangers van A twee percelen grond in erfpacht uitgegeven. De Gemeente R is eigenaar van twee aangrenzende percelen grond. Deze aangrenzende


Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland 03-10-2013 ECLI:NL:RBNHO:2013:12843

Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspraak raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.


Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam 11-08-2022 ECLI:NL:GHAMS:2022:2450

Casus X verkrijgt in juni 2018 50% van de aandelen in H BV, die kwalificeert als OZR  in de zin van art. 4 WBR. H BV bezit een (voormalig) kantoorgebouw waarvan enkele etages zijn verbouwd tot units/


Rechtspraak
Parket bij de Hoge Raad 14-02-2025 ECLI:NL:PHR:2025:202

Casus A BV heeft in 2018 een perceel gekocht met daarop een woning met aanhorigheden. Het perceel is gesplitst in acht kavels en een perceel dat is aangewend voor de aanleg van infrastructuur, waaronder


Rechtspraak
Rechtbank Den Haag 16-12-2021 ECLI:NL:RBDHA:2021:15348

Casus X en zijn echtgenote Y verkrijgen in 2016 een perceel grond met een berging-stalling. De in de jaren ‘60 op dit perceel gebouwde woning is in 1966 volledig afgebrand, de niet-belendende berging-stalling


Rechtspraak
Rechtbank Gelderland 15-04-2022 ECLI:NL:RBGEL:2022:1917

Casus Erflaatster (moeder van X) is overleden op 30 juli 2018. Erflaatster was in koude uitsluiting gehuwd met haar echtgenoot (vader van X). Bij testament heeft erflaatster haar echtgenoot onterfd en


Rechtspraak
Hoge Raad 07-10-2011 ECLI:NL:HR:2011:BT6709

Art. 13 lid 1 WBR bepaalt dat als dezelfde goederen binnen zes maanden na een vorige verkrijging door een ander worden verkregen, de heffingsmaatstaf voor de overdrachtsbelasting wordt verminderd met het


Rechtspraak
Hoge Raad 18-09-2020 ECLI:NL:HR:2020:1440

Casus X heeft een kantoorpand laten bouwen en de op de bouwkosten drukkende omzetbelasting in aftrek gebracht. In 1995 heeft X de economische eigendom van het kantoorpand verkocht aan Y. Op 30 december