Rechtspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
19-02-2013
ECLI:NL:RBZWB:2013:BZ2248
Casus Het vermogen van M en V staat onder beschermingsbewind (art. 1:431 BW). M en V vorderen opheffing van dit bewind. Zij voeren aan dat het onderhavige bewind is ingesteld omdat zij er op dat moment
Rechtspraak
Hoge Raad
09-02-2024
ECLI:NL:HR:2024:218
Casus A BV levert in 2015 een perceel aan stichting B. Op het perceel stonden portacabins die gezamenlijk één gebouw vormden, een fietsenstalling, een containerberging en parkeerplaatsen. Ook was klinkerbestrating
Rechtspraak
Hoge Raad
15-05-2020
ECLI:NL:HR:2020:863
Casus P BV is onderdeel van fiscale eenheid X BV. P BV heeft een kantoorcomplex ontwikkeld. Het kantoorcomplex wordt verhuurd aan verzekeringsmaatschappij A. P BV en A komen overeen dat de verhuur plaatsvindt
Rechtspraak
Rechtbank Noord-Nederland
14-01-2022
ECLI:NL:RBNNE:2022:56
Casus
X heeft een woning gekocht en dient bij het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) een aanvraag tot vergoeding van waardedaling in, maar IMG kent deze niet toe aan X. X meent dat hij de vergoeding
Rechtspraak
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
30-04-2019
ECLI:NL:OGEAC:2019:83
Casus X en Y houden ieder 50% van de aandelen in A BV. X wil al zijn aandelen aan zijn dochter verkopen. X moet echter op grond van de statutaire blokkeringsregeling de aandelen eerst aan Y aanbieden.
Rechtspraak
Hoge Raad
23-12-2022
ECLI:NL:HR:2022:1936
Casus M en V zijn in 2004 op huwelijkse voorwaarden gehuwd. Voorafgaand aan het huwelijk heeft V grond en een woning in eigendom verkregen. In de huwelijkse voorwaarden is bepaald dat tussen M en V geen
Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam
10-07-2018
ECLI:NL:GHAMS:2018:2339
Casus Het concern waartoe A BV en B BV behoren (werkzaam in de uitvaartbranche), verkeert in mei 2017 in financiële problemen. De invordering van een grote belastingschuld kan niet langer worden opgeschort
Rechtspraak
Hoge Raad
19-04-2019
ECLI:NL:HR:2019:636
Casus De huwelijksgoederengemeenschap tussen M en V is in december 2015 door indiening van het verzoekschrift tot echtscheiding ontbonden (art. 1:99 lid 1 sub b BW). In geschil is de vraag wie draagplichtig
Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
29-11-2016
ECLI:NL:GHARL:2016:9551
Casus De gemeente verpacht onder andere een schuur met cultuurgrond aan achtereenvolgens de grootvader en vader van A. A is bij pachtwijzigingsovereenkomst in de plaats getreden van zijn vader. A exploiteert
Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
16-11-2022
ECLI:NL:GHSHE:2022:3964
Casus In 2016 is erflaatster E overleden. Twee zussen van E (A en B) zijn ieder gerechtigd tot de helft van de nalatenschap. Tot het moment van overlijden woonden A, B en E meer dan vijf jaar onafgebroken
Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam
03-11-2020
ECLI:NL:GHAMS:2020:3004
Casus A is bestuurder en enig aandeelhouder van A Holding BV. In 2006 is A Holding BV eigenaar geworden van een onroerende zaak. In 2012 zijn navorderingsaanslagen vennootschapsbelasting opgelegd. De
Rechtspraak
Hoge Raad
20-12-2013
ECLI:NL:HR:2013:2050
Casus M en V zijn in gemeenschap van goederen gehuwd. Eind december 2009 heeft M de Rechtbank verzocht tussen partijen echtscheiding uit te spreken en verder om te bepalen dat partijen tot verdeling moeten
Rechtspraak
Rechtbank Gelderland
24-03-2015
ECLI:NL:RBGEL:2015:1934
Casus Stichting S heeft tot doel het organiseren van culturele evenementen. De stichting is in het bezit van een kunstcollectie. Een deel van deze collectie is aanwezig in het pand van voorzitter V van
Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
03-07-2024
ECLI:NL:GHSHE:2024:2146
Casus X heeft een nieuwbouwwoning laten bouwen. Op de woning zijn 97 (geïntegreerde) zonnepanelen (ook wel: energieopwekkende dakpannen) geïnstalleerd. X wenst de btw die betrekking heeft op de bouw van
Rechtspraak
Raad van State
16-09-2015
ECLI:NL:RVS:2015:2904
Casus Dochter D huurt een woning van haar vader V, die de betreffende woning in eigendom heeft. Maandelijks schenkt V een bedrag ter grootte van de verschuldigde huur, hetgeen wordt verrekend met de verschuldigde
Rechtspraak
Raad van State
25-05-2016
ECLI:NL:RVS:2016:1390
Casus X huurt een woning. In 2008 hebben de ouders van X bij wijze van schenking erkend dat zij X een bedrag van circa € 45.000 schuldig zijn (papieren schenking). Dit bedrag is opeisbaar in de gevallen
Rechtspraak
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
14-11-2017
ECLI:NL:GHSHE:2017:4872
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Rechtspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
07-11-2019
ECLI:NL:RBZWB:2019:4855
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Rechtspraak
Hoge Raad
30-09-2022
ECLI:NL:HR:2022:1331
Casus Ten behoeve van X is een vruchtgebruik gevestigd op huurpenningen. X is van mening dat de huurpenningen rechtstreeks aan hem moeten worden voldaan. Er volgt een procedure over de vraag of de bepaling
Rechtspraak
Rechtbank Den Haag
10-03-2022
ECLI:NL:RBDHA:2022:2454
Casus Erfverpachter is eigenaar van een perceel grond met een aantal opstallen waaronder een dienstwoning. X is directeur-grootaandeelhouder van Holding BV welke BV alle aandelen heeft van A BV. A BV
Rechtspraak
Rechtbank Overijssel
13-04-2021
ECLI:NL:RBOVE:2021:2948
Van deze procedure is geen samenvatting beschikbaar. U kunt wel de uitspra(a)k(en) raadplegen, zie onder 'Procedureverloop'.
Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
15-03-2016
ECLI:NL:GHARL:2016:2079
Casus A en B c.s. zijn de gezamenlijke erfgenamen van moeder. Tot de nalatenschap behoort een vordering op A strekkende tot betaling van achterstallige pachtpenningen. Al vóór het overlijden van moeder
Rechtspraak
Gerechtshof Den Haag
21-01-2014
ECLI:NL:GHDHA:2014:954
Casus Tijdens haar leven was erflaatster E gerechtigd tot bezwaard vermogen dat zij krachtens een erfstelling met fideï commis de residuo heeft verkregen. De erfgenamen van E zijn opvolgend verwachters
Rechtspraak
Hoge Raad
13-11-2015
ECLI:NL:HR:2015:3294
Casus Belanghebbende D heeft de Duitse nationaliteit en werkt vanaf 1 december 2001 tot 31 maart 2005 in Nederland. D heeft voor deze periode geopteerd voor binnenlandse belastingplicht. In die periode
Rechtspraak
Gerechtshof Amsterdam
28-06-2007
ECLI:NL:GHAMS:2007:BA8828
Casus X NV heeft aan belanghebbende (onderdeel van de X-groep) een onroerende zaak verkocht en geleverd. Vraag is of op de verkrijging de reorganisatievrijstelling van art. 15.1.h WBR van toepassing