Kennisbank voor het notariaat

Geen verbeuring van rechtswege van verzwegen buitenlands vermogen vanwege bijzondere familierechtelijke situatie

Erflater E heeft in zijn testament zijn echtgenote V en zijn kinderen benoemd tot erfgenaam. E en V hadden gezamenlijk een bankrekeningtegoed in Zwitserland. In de akte van verdeling van E is geen melding gemaakt van het buitenlandse vermogen. V heeft enkele jaren daarna de buitenlandse tegoeden ingebracht in twee stichtingen die zijn opgericht naar Liechtensteins recht.
V overlijdt en kort voor haar overlijden heeft ze haar kinderen geïnformeerd over het buitenlandse vermogen. De kinderen hebben acht jaar later de Belastingdienst hierover geïnformeerd, waarna de Inspecteur aan één van de kinderen - als erfgenaam van V - een navorderingsaanslag erfbelasting heeft opgelegd.
In geschil is of de navorderingsaanslag terecht is opgelegd en meer specifiek is in geschil of V haar aandeel in de nalatenschap van E heeft verbeurd voor zover dat betrekking heeft op het buitenlandse vermogen. Volgens de Rechtbank is dat niet het geval. 
Het Hof sluit zich aan bij de Rechtbank en verwerpt het standpunt dat verbeuring van het (verzwegen) buitenlandse vermogen van rechtswege intreedt. Aangezien het Hof niet is gebleken dat de sanctie van verbeuring jegens (de erfgenamen van) V is ingeroepen door één van de erfgenamen van E in deze bijzondere familierechtelijke situatie, is er geen aanleiding om een schuld uit hoofde van verbeuring op de nalatenschap van V in mindering te brengen.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Uitspraakdatum 18-05-2021
ECLI ECLI:NL:GHARL:2021:4884
Zaaknummer 20/00298
Bijzondere kenmerken Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 28-5-2021
  • FutD 2021-1678 met annotatie van Fiscaal up to Date
  • V-N Vandaag 2021/1285
  • ERF-Updates.nl 2021-0142
  • NLF 2021/1150 met annotatie van Nicole Gubbels
  • V-N 2021/33.24.14
  • Belastingadvies 2021/18.6
  • Jurisprudentie Erfrecht 2021/129
  • JERF 2021/129

Erflater E heeft in zijn testament zijn echtgenote V en zijn kinderen benoemd tot erfgenaam. E en V hadden gezamenlijk een bankrekeningtegoed in Zwitserland. In de akte van verdeling van E is geen melding gemaakt van het buitenlandse vermogen. V heeft enkele jaren daarna de buitenlandse tegoeden ingebracht in twee stichtingen die zijn opgericht naar Liechtensteins recht. V overlijdt en kort voor haar overlijden heeft ze haar kinderen geïnformeerd over het buitenlandse vermogen. De kinderen…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle