Kennisbank voor het notariaat

Dienstweigering notaris bij schending aanbiedingsplicht?

In 1988 hebben de broers A en B een pand in eigendom verkregen. In de leveringsakte is een aanbiedingsplicht opgenomen ten gunste van hun moeder M. In 2006 heeft M, in verband met de constatering dat het pand bij een makelaar te koop werd aangeboden, A en B gewezen op het bestaan van de aanbiedingsplicht en hen verzocht daarmee rekening te houden. Notaris N is door A en B benaderd om de leveringsakte van het pand te passeren. M heeft, nadat N de leveringsakte heeft gepasseerd, een tuchtrechtelijke klacht ingediend tegen N. Thans vordert M in een civiele procedure de veroordeling van N tot betaling van een schadevergoeding.
Het Hof achtte van belang dat inmiddels buiten het toedoen van N een situatie was ontstaan waarin enerzijds de vervreemding van het pand aan K mogelijk een inbreuk op de rechten en belangen van M opleverde, maar waarin anderzijds het weigeren van medewerking aan het transport een inbreuk op de rechten en belangen van K tot gevolg zou hebben. Volgens het Hof ging het recht van K in diens verhouding tot M ingevolge art. 3:298 BW in beginsel voor.
De Hoge Raad acht het oordeel van het Hof juist dat met de plicht van A en B om hun aandelen in het pand bij een voorgenomen vervreemding eerst aan M aan te bieden, voor M nog geen sprake was van een recht op levering als bedoeld in art. 3:298 BW.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Hoge Raad
Uitspraakdatum 03-04-2015
ECLI ECLI:NL:HR:2015:831
Zaaknummer 14/00380
Bijzondere kenmerken Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • RvdW 2015/476
  • NJB 2015/746
  • JWB 2015/137
  • RAV 2015/63
  • NJ 2015/479 met annotatie van S. Perrick
  • AA20150691 met annotatie van B.C.M. Waaijer
  • JA 2015/73 met annotatie van mr. H.J. Delhaas
  • JIN 2015/89 met annotatie van G.J. de Bock
  • JOR 2015/189 met annotatie van Prof. Mr. J.J. van Hees
  • NTHR 2015, afl. 3, p. 143

In 1988 hebben de broers A en B een pand in eigendom verkregen. In de leveringsakte is een aanbiedingsplicht opgenomen ten gunste van hun moeder M. In 2006 heeft M, in verband met de constatering dat het pand bij een makelaar te koop werd aangeboden, A en B gewezen op het bestaan van de aanbiedingsplicht en hen verzocht daarmee rekening te houden. Notaris N is door A en B benaderd om de leveringsakte van het pand te passeren. M heeft, nadat N de leveringsakte heeft gepasseerd, een tuchtrechteli…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle