Consolidatieregeling van art. 4 WBR mist toepassing, omdat verkrijger voorafgaand geen belang had in de rechtspersoon

X verkrijgt van zijn ouders aandelen in A BV, een vennootschap die onder andere een indirect belang van 5% in een werkmaatschappij houdt en een pand in eigendom heeft dat wordt verhuurd aan die werkmaatschappij. Hof Arnhem-Leeuwarden bevestigt de uitspraak van Rechtbank Gelderland dat voldaan wordt aan de doeleis (ook als veronderstellenderwijs het 5%-belang in de werkmaatschappij wel wordt geconsolideerd) en daarom sprake is van de verkrijging van aandelen in een onroerendezaakrechtspersoon in…