Kennisbank voor het notariaat

Paardenhouderij en weilanden bij woning vormden aanhorigheden in de zin van art. 14 lid 2 WBR

X heeft een perceel gekocht met daarop een woning, een paardenhouderij en weilanden. Ten tijde van de levering was de bestemming van het gehele perceel ''agrarisch bedrijf''. In geschil is of voor de heffing van overdrachtsbelasting de onroerende zaken die behoren tot de paardenhouderij alsmede de weilanden kwalificeren als aanhorigheden bij de woning als bedoeld in art. 14 lid 2 WBR en daarom het tarief van 2% van toepassing is.
De Rechtbank oordeelt dat gelet op de ligging van de paardenhouderij en de weilanden naast en achter de woning, de onderlinge bereikbaarheid en het feit dat alle onroerende zaken zijn gelegen op één perceel dat in handen is van dezelfde gebruiker, de paardenhouderij en weilanden tot de woning behoren. X gebruikt de paardenhouderij hobbymatig voor het verzorgen van zijn vijf paarden. De paardenhouderij is in gebruik en dienstbaar aan de woning, aangezien tot de functies van de eigen woning ook behoort het bieden van gelegenheid tot het uitoefenen van hobby''s. De omstandigheid dat de bestemming van het perceel ten tijde van de levering agrarisch was (en nog steeds is), brengt niet met zich dat de paardenhouderij en de weilanden geen aanhorigheid bij de woning kunnen zijn. De Rechtbank komt tot de conclusie dat de paardenhouderij en de weilanden bij de woning aanhorigheden vormen in de zin van art. 14 lid 2 WBR.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Uitspraakdatum 28-01-2022
ECLI ECLI:NL:RBZWB:2022:389
Zaaknummer BRE 19/1990
Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 15-2-2022
  • FutD 2022-0582
  • NLF 2022/0424
  • NTFR 2022/1071 met annotatie van drs. R. van Haperen
  • V-N Vandaag 2022/910
  • RN 2022/45
  • V-N 2022/22.2.4
  • Belastingadvies 2022/15-16.3

X heeft een perceel gekocht met daarop een woning, een paardenhouderij en weilanden. Ten tijde van de levering was de bestemming van het gehele perceel ''agrarisch bedrijf''. In geschil is of voor de heffing van overdrachtsbelasting de onroerende zaken die behoren tot de paardenhouderij alsmede de weilanden kwalificeren als aanhorigheden bij de woning als bedoeld in art. 14 lid 2 WBR en daarom het tarief van 2% van toepassing is.De Rechtbank oordeelt dat gelet op de ligging van de paardenhouder…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Gerelateerde wetstoelichtingen


Tarief overdrachtsbelasting (art. 14 WBR)