Beslag belet geldige verkoop woning namens minderjarige niet

A erft als minderjarige erfgenaam onder andere een woonhuis. De woning wordt verkocht en de kandidaat-notaris (K-N) passeert de akte. Ten tijde van de inschrijving van de koopovereenkomst door notaris N in de openbare registers, rust op de woning een door B gelegd conservatoir beslag. Dit beslag is doorgehaald en vervolgens is weer beslag gelegd. B verwijt K-N onder andere het nalaten van het controleren van de openbare registers. B zou door het handelen van K-N in ernstige mate schade zijn toegebracht. De Kamer voor het Notariaat overweegt dat uit art. 1:345 lid 1 BW volgt dat de wettelijk vertegenwoordiger van een minderjarige erfgenaam machtiging van de Kantonrechter behoeft als zij voor rekening van de erfgenaam een koopovereenkomst aangaat, anders is sprake van een vernietigbare rechtshandeling. De overeenkomst is geldig zolang deze niet is vernietigd. N mocht dus bij de inschrijving van de koop uitgaan van de rechtsgeldigheid van de koopovereenkomst. Daarnaast rust op N niet de plicht tot het instellen van een onderzoek naar het verkrijgen van toestemming van de Kantonrechter voor de verkoop door de wettelijk vertegenwoordiger van een minderjarige. Het is N niet aan te rekenen dat het beslag is doorgehaald en het tweede beslag geen werking heeft omdat het beslag is gelegd nadat de koopovereenkomst in de openbare registers is ingeschreven. Dit klachtenonderdeel is ongegrond.