Finaal verrekenbeding bij overlijden aangemerkt als quasi-legaat
M en V waren gehuwd na het maken van huwelijkse voorwaarden met daarin een finaal verrekenbeding bij overlijden. M overlijdt en V stelt dat zij schuldeiser van de nalatenschap is. De vereffenaar van de nalatenschap stelt dat V geen schuldeiser is, maar erfgenaam.
De Rechtbank oordeelt dat het finaal verrekenbeding bij overlijden kan worden aangemerkt als een quasi-legaat in de zin van art. 4:126 lid 2 onder a BW en dus een schuld is van de nalatenschap (art. 4:7 lid 1 onder i BW).
Instantie | Rechtbank Noord-Holland |
Uitspraakdatum | 16-04-2025 |
ECLI | ECLI:NL:RBNHO:2025:4557 |
Zaaknummer | 341135 / HA ZA 23-354 |
Bijzondere kenmerken | Bodemzaak |
Vindplaatsen | |
|
M en V waren gehuwd na het maken van huwelijkse voorwaarden met daarin een finaal verrekenbeding bij overlijden. M overlijdt en V stelt dat zij schuldeiser van de nalatenschap is. De vereffenaar van de nalatenschap stelt dat V geen schuldeiser is, maar erfgenaam. De Rechtbank oordeelt dat het finaal verrekenbeding bij overlijden kan worden aangemerkt als een quasi-legaat in de zin van art. 4:126 lid 2 onder a BW en dus een schuld is van de nalatenschap (art. 4:7 lid 1 onder i BW).RECHTBANK…
Verder lezen?
Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.
Geen inloggegevens?
Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.
Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!
Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.
Gebruikers van Via Juridica
Bekijk alleGerelateerde wetstoelichtingen
Finale verrekenbedingen (art. 1:142 en 1:143 BW)
Quasi-legaten (art. 4:126 - 4:129 BW)