Kennisbank voor het notariaat

Voor de krachtens ruziesplitsing verkregen aandelen geldt een afzonderlijke bezitseis omdat sprake was van meerdere ondernemingen (Horen en Zien)

A bezit meer dan vijf jaar 100% van de aandelen in E BV. E BV bezit meer dan vijf jaar 49% van de aandelen in D BV. De overige 51% van de aandelen in D BV worden gehouden door X BV. D BV is houder van alle aandelen in H BV en Z BV, waarin ondernemingen worden gedreven die hoor- en optiekcentra exploiteren. D BV wordt als gevolg van een ruziesplitsing zuiver gesplitst in DH BV waaraan de aandelen H BV worden overgedragen en DZ BV waaraan de aandelen Z BV worden overgedragen. E BV verkrijgt 100% van de aandelen in DH BV, terwijl X BV 100% van de aandelen in DZ BV verkrijgt. Vervolgens splitst E BV de aandelen DH BV af aan de verkrijgende vennootschap B BV waarvan de aandelen worden gehouden door A. Na deze herstructurering schenkt A de aandelen in B BV aan Y.

In geschil is of A op het tijdstip van de schenking voor de toepassing van de BOR volledig voldoet aan de bezitseis of slechts voor 49%. De Rechtbank oordeelt dat A slechts voor 49% voldoet aan de bezitseis, omdat als gevolg van de herstructurering het middellijk belang van A in H BV is toegenomen van 49% tot 100% en ten aanzien van de toename van 51% de bezitseis afzonderlijk moet worden toegepast. Het Hof oordeelt dat Y wel voldoet aan de bezitseis voor het volledige belang in de onderneming. De Hoge Raad oordeelt dat per onderneming moet worden beoordeeld of A aan de indirecte bezitseis (de vennootschap waarvan de aandelen worden geschonken moet ten minste vijf jaar een onderneming drijven) voldoet. Het Hof is eraan voorbij gegaan dat voor de indirecte bezitstermijn ook van belang is of de aan D BV toegerekende activiteiten van haar dochtermaatschappijen één onderneming vormden en of schenker bij de splitsing van D BV, via E BV een met haar indirecte aandelenbelang overeenstemmend gedeelte van die activiteiten heeft verkregen. De Hoge Raad verwijst de zaak naar Hof Arnhem-Leeuwarden.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt uiteindelijk dat Y niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van één onderneming. Niet aannemelijk is dat er sprake was van één centrale leiding. Het Hof overweegt hierbij dat Y niet onderbouwd kan aangeven hoe de besluitvorming binnen de door hem gestelde centrale leiding van het concern plaatsvond, hoe de managementfees van de door hem gestelde centrale leiding werden bepaald en hoe deze werden verdeeld over de verschillende dochtervennootschappen noch hoe de kosten van onderling uitgeleend personeel werden doorbelast. Er was geen sprake van een zodanige samenhang dat de activiteiten van de dochtervennootschappen van D BV bij elkaar tezamen één objectieve onderneming vormden. Het Hof acht het aannemelijk – mede gezien het geografische verschil in afzetmarkt – eerder aannemelijk dat de dochtervennootschappen elk afzonderlijk (minimaal) één objectieve onderneming exploiteerden. Y heeft uiteindelijk de objectieve onderneming ‘horen’ voortgezet en in dat kader de belangen bij de overige ondernemingen (‘zien’) van D BV uitgeruild. De aanslag is correct opgelegd. en de uitspraak van de Rechtbank wordt bevestigd.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Uitspraakdatum 12-03-2024
ECLI ECLI:NL:GHARL:2024:1864
Zaaknummer 23/1408
Bijzondere kenmerken Verwijzing na Hoge Raad
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 22-3-2024
  • V-N Vandaag 2024/661

A bezit meer dan vijf jaar 100% van de aandelen in E BV. E BV bezit meer dan vijf jaar 49% van de aandelen in D BV. De overige 51% van de aandelen in D BV worden gehouden door X BV. D BV is houder van alle aandelen in H BV en Z BV, waarin ondernemingen worden gedreven die hoor- en optiekcentra exploiteren. D BV wordt als gevolg van een ruziesplitsing zuiver gesplitst in DH BV waaraan de aandelen H BV worden overgedragen en DZ BV waaraan de aandelen Z BV worden…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Gerelateerde wetstoelichtingen


Vereisten erflater of schenker (art. 35d SW)