Kennisbank voor het notariaat

Aangaan van maatschap door 92-jarige levert geen schijnhandeling op

Moeder M gaat op 92-jarige leeftijd een overeenkomst van maatschap aan met haar kinderen A, B en C. Zij exploiteren de onderneming voor gezamenlijke rekening en risico. In de overeenkomst is onder meer vastgelegd dat zij de maten zijn, wat de ieders inbreng is en hoe de taakverdeling is. In geschil is of het oprichten van de maatschap een schijnhandeling is. De Rechtbank oordeelt dat niet aannemelijk is geworden dat de rechtshandelingen van partijen niet overeenkomen met hun daadwerkelijke bedoelingen. Het is naar het oordeel van de Rechtbank juist de bedoeling van partijen een maatschap op te richten met alle bijkomende gevolgen. De Rechtbank oordeelt dat geen sprake is van de situatie waarbij partijen geen rechtshandelingen zijn aangegaan en ook niet van de situatie dat partijen andere rechtshandelingen zijn aangegaan dan welke zijn opgenomen in de overeenkomst van maatschap. Het feit dat de maten in de toekomst gebruik kunnen maken van de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten voor de schenk- en erfbelasting, maakt dit niet anders. Deze gevolgen zijn nu eenmaal verbonden aan het fiscaal ondernemerschap. De Rechtbank concludeert dat het aangaan van de maatschap geen schijnhandeling is.

Bekijk samenvatting procedure
Instantie Rechtbank Noord-Nederland
Uitspraakdatum 24-01-2019
ECLI ECLI:NL:RBNNE:2019:422
Zaaknummer AWB - 16 _ 390
Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
  • Viditax (FutD), 07-02-2019
  • FutD 2019-0358 met annotatie van Fiscaal up to Date
  • V-N Vandaag 2019/316
  • NLF 2019/0454 met annotatie van Wouter Antonisse
  • NTFR 2019/596 met annotatie van mr. drs. R.J. Bondrager
  • Belastingadvies 2019/7.2
  • V-N 2019/20.6 met annotatie van Redactie

Moeder M gaat op 92-jarige leeftijd een overeenkomst van maatschap aan met haar kinderen A, B en C. Zij exploiteren de onderneming voor gezamenlijke rekening en risico. In de overeenkomst is onder meer vastgelegd dat zij de maten zijn, wat de ieders inbreng is en hoe de taakverdeling is. In geschil is of het oprichten van de maatschap een schijnhandeling is. De Rechtbank oordeelt dat niet aannemelijk is geworden dat de rechtshandelingen van partijen niet overeenkomen met hun daadwerkelijke bedo…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Gerelateerde wetstoelichtingen


Begrip ondernemer (art. 3.4 Wet IB 2001)