Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Faillissementspauliana (art. 42 - 51 Fw)

Bijgewerkt tot 25-02-2024 Auteur mr. drs. R. (Ruben) van Dijken

1 AlgemeenDe actio Pauliana biedt een schuldeiser de mogelijkheid op te komen tegen onverplicht verrichte rechtshandelingen van zijn schuldenaar, door welke de schuldeiser minder verhaalsmogelijkheden overhoudt. De algemene actio Pauliana is te vinden in art. 3:45 BW. In de Faillissementswet is een specifieke Paulianaregeling te vinden in art. 42-51 Fw, op grond waarvan de curator exclusief (art. 49 Fw) ten behoeve van de failliete boedel paulianeuze rechtshandelingen kan verrichten.Wibier (WPN…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wet- en regelgeving


Artikel 42

  • 1

    De curator kan ten behoeve van de boedel elke rechtshandeling die de schuldenaar vóór de faillietverklaring onverplicht heeft verricht en waarvan deze bij dit verrichten wist of behoorde te weten dat daarvan benadeling van de schuldeisers het gevolg zou zijn, door een buitengerechtelijke verklaring vernietigen. Artikel 50, tweede lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek is niet van toepassing.

  • 2

    Een rechtshandeling anders dan om niet, die hetzij meerzijdig is, hetzij eenzijdig en tot een of meer bepaalde personen gericht, kan wegens benadeling slechts worden vernietigd, indien ook degenen met of jegens wie de schuldenaar de rechtshandeling verrichtte, wisten of behoorden te weten dat daarvan benadeling van de schuldeisers het gevolg zou zijn.

  • 3

    Wordt een rechtshandeling om niet wegens benadeling vernietigd, dan heeft de vernietiging ten aanzien van de bevoordeelde, die wist noch behoorde te weten dat van de rechtshandeling benadeling van de schuldeisers het gevolg zou zijn, geen werking, voorzover hij aantoont dat hij ten tijde van de faillietverklaring niet ten gevolge van de rechtshandeling gebaat was.


Artikel 42a

  • 1

    Een rechtshandeling die is verricht nadat de schuldenaar ter griffie van de rechtbank een verklaring heeft gedeponeerd als bedoeld in artikel 370, derde lid, of nadat er overeenkomstig artikel 371 door de rechtbank een herstructureringsdeskundige is aangewezen, kan niet met een beroep op het vorige artikel worden vernietigd, als de rechter op verzoek van de schuldenaar voor die rechtshandeling een machtiging heeft afgegeven. De rechter honoreert dit verzoek als op het moment dat de machtiging wordt verstrekt redelijkerwijs valt aan te nemen dat:

    • a.

      het verrichten van de rechtshandeling noodzakelijk is om:

      • de door de schuldenaar gedreven onderneming tijdens de voorbereiding van een akkoord als bedoeld in de artikelen genoemd in de aanhef te kunnen blijven voortzetten, of

      • een akkoord als bedoeld in de artikelen genoemd in de aanhef te kunnen voorbereiden, in stemming te kunnen brengen of overeenkomstig artikel 384 door de rechtbank te kunnen laten homologeren, en

    • b.

      de belangen van de gezamenlijke schuldeisers van de schuldenaar bij deze rechtshandeling gediend zijn, terwijl geen van de individuele schuldeisers daardoor wezenlijk in zijn belangen wordt geschaad.

  • 2

    De artikelen 369, zevende tot en met tiende lid, en 371, tweede lid, eerste, tweede en vijfde zin, en veertiende lid, zijn van overeenkomstige toepassing.


Artikel 43

  • 1

    Indien de rechtshandeling waardoor de schuldeisers zijn benadeeld, is verricht binnen een jaar voor de faillietverklaring en de schuldenaar zich niet reeds voor de aanvang van die termijn daartoe had verplicht, wordt de aan het slot van artikel 42, eerste lid, eerste zin, bedoelde wetenschap, behoudens tegenbewijs, vermoed aan beide zijden te bestaan:

    • 1°.

      bij overeenkomsten, waarbij de waarde der verbintenis aan de zijde van de schuldenaar aanmerkelijk die der verbintenis aan de andere zijde overtreft;

    • 2°.

      bij rechtshandelingen ter voldoening van of zekerheidstelling voor een niet opeisbare schuld;

    • 3°.

      bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die een natuurlijk persoon is, verricht met of jegens:

      • a.

        zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad;

      • b.

        een rechtspersoon waarin hij, zijn echtgenoot, zijn pleegkind of een bloed- of aanverwant tot in de derde graad bestuurder of commissaris is, dan wel waarin deze personen, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

    • 4°.

      bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een natuurlijk persoon,

      • a.

        die bestuurder of commissaris van de rechtspersoon is, dan wel met of jegens diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad:

      • b.

        die al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt;

      • c.

        wiens echtgenoot, pleegkinderen of bloed- of aanverwanten tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor tenminste de helft van het geplaatste kapitaal deelnemen;

    • 5°.

      bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een andere rechtspersoon, indien

      • a.

        een van deze rechtspersonen bestuurder is van de andere;

      • b.

        een bestuurder, natuurlijk persoon, van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, bestuurder is van de andere;

      • c.

        een bestuurder, natuurlijk persoon, of een commissaris van een van deze rechtspersonen, of diens echtgenoot, pleegkind of bloed- of aanverwant tot in de derde graad, afzonderlijk of tezamen, als aandeelhouder rechtstreeks of middellijk voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal deelneemt in de andere;

      • d.

        in beide rechtspersonen voor ten minste de helft van het geplaatste kapitaal rechtstreeks of middellijk wordt deelgenomen door dezelfde rechtspersoon, dan wel dezelfde natuurlijke persoon, al dan niet tezamen met zijn echtgenoot, zijn pleegkinderen en zijn bloed- of aanverwanten tot in de derde graad;

    • 6°.

      bij rechtshandelingen, door de schuldenaar die rechtspersoon is, verricht met of jegens een groepsmaatschappij.

  • 2

    Met een echtgenoot wordt een geregistreerde partner of een andere levensgezel gelijkgesteld.

  • 3

    Onder pleegkind wordt verstaan hij die duurzaam als eigen kind is verzorgd en opgevoed.

  • 4

    Onder bestuurder, commissaris of aandeelhouder wordt mede verstaan hij die minder dan een jaar vóór de rechtshandeling bestuurder, commissaris of aandeelhouder is geweest.

  • 5

    Indien de bestuurder van een rechtspersoon-bestuurder zelf een rechtspersoon is, wordt deze rechtspersoon met de rechtspersoon-bestuurder gelijkgesteld.

  • 6

    Artikel 138, tiende lid, van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek is van toepassing ingeval de schuldenaar een rechtspersoon is.


Artikel 45

In geval van benadeling door een rechtshandeling om niet, die de schuldenaar heeft verricht binnen één jaar vóór de faillietverklaring, wordt vermoed dat hij wist of behoorde te weten dat benadeling van de schuldeisers het gevolg van de rechtshandeling zou zijn.


Artikel 47

De voldoening door de schuldenaar aan een opeisbare schuld kan alleen dan worden vernietigd, wanneer wordt aangetoond, hetzij dat hij die de betaling ontving, wist dat het faillissement van de schuldenaar reeds aangevraagd was, en er geen sprake was van een schorsing van de behandeling van die aanvraag overeenkomstig de artikelen 3d, tweede lid, en 376, tweede lid, onder c hetzij dat de betaling het gevolg was van overleg tussen de schuldenaar en de schuldeiser, dat ten doel had laatstgenoemde door die betaling boven andere schuldeisers te begunstigen.


Artikel 48

  • 1

    Krachtens het vorige artikel kan geen terugvordering geschieden van hem, die als houder van een papier aan order of toonder, uit hoofde zijner rechtsverhouding tot vroegere houders, tot aanneming der betaling verplicht was.

  • 2

    In dit geval is hij, te wiens bate het papier is uitgegeven, verplicht de door de schuldenaar betaalde som aan de boedel terug te geven, wanneer wordt aangetoond, hetzij dat hij bij de uitgifte van het papier de in het vorige artikel genoemde wetenschap bezat, hetzij dat de uitgifte het gevolg was van een overleg als in dat artikel bedoeld.


Artikel 49

  • 1

    Rechtsvorderingen, gegrond op de bepalingen der artikelen 42-48, worden ingesteld door de curator.

  • 2

    Niettemin kunnen de schuldeisers op gronden, aan die bepalingen ontleend, de toelating ener vordering bestrijden.


Artikel 50

Beëindiging van het faillissement door de homologatie van een akkoord doet de rechtsvorderingen in het vorige artikel bedoeld vervallen, tenzij het akkoord boedelafstand inhoudt, in welk geval zij ten behoeve van de schuldeisers vervolgd of ingesteld kunnen worden door de vereffenaars.


Artikel 51

  • 1

    Hetgeen door de vernietigde rechtshandeling uit het vermogen van de schuldenaar gegaan is, moet door hen jegens wie de vernietiging werkt, aan de curator worden teruggegeven met inachtneming van afdeling 2 van titel 4 van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek.

  • 2

    Rechten, door derden te goeder trouw anders dan om niet op de terug te geven goederen verkregen, worden geëerbiedigd. Tegen een derde te goeder trouw die om niet heeft verkregen, heeft geen terugvordering plaats voorzover hij aantoont dat hij ten tijde van de faillietverklaring niet ten gevolge van de rechtshandeling gebaat was.

  • 3

    Het door de schuldenaar uit hoofde van de vernietigde rechtshandeling ontvangene of de waarde daarvan, wordt door de curator teruggegeven, voorzover de boedel erdoor is gebaat. Voor het tekortkomende kunnen zij jegens wie de vernietiging werkt, als concurrent schuldeiser opkomen.


Kennisdossiers

Titel Categorie
Titel Faillissementsrecht Categorie Diversen

Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
Aandelenoverdracht aan echtgenote was niet paulianeus Instantie Rechtbank Oost-Brabant Datum 17-05-2023 Nummer ECLI:NL:RBOBR:2023:2234
Wetenschap van benadeling op grond van art. 42 Fw Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum 21-12-2021 Nummer ECLI:NL:GHARL:2021:11659
Geen machtiging om turbulente en steeds veranderende situatie Instantie Rechtbank Den Haag Datum 03-09-2021 Nummer ECLI:NL:RBDHA:2021:9779
Vernietiging depotovereenkomst vanwege paulianeus handelen bij faillissement Instantie Rechtbank Noord-Holland Datum 18-08-2021 Nummer ECLI:NL:RBNHO:2021:6946
Machtiging voor het aangaan van krediet op grond van art. 42a Fw Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum 26-03-2021 Nummer ECLI:NL:RBNNE:2021:1100
Levering registergoed op grond van vòòr faillissementsaanvraag gesloten koopovereenkomst paulianeus Instantie Gerechtshof Den Haag Datum 02-03-2021 Nummer ECLI:NL:GHDHA:2021:354
Vernietiging koopovereenkomst onroerend goed op grond van faillissementspauliana in concernverhouding Instantie Gerechtshof Den Haag Datum 22-10-2019 Nummer ECLI:NL:GHDHA:2019:3315
Bekrachtiging aandelenoverdracht en cessie vordering middels rekening-courant is paulianeus Instantie Rechtbank Midden-Nederland Datum 19-09-2018 Nummer ECLI:NL:RBMNE:2018:5155
Curator die rechtshandeling in het kader van reorganisatie vernietigt draagt bewijslast om wetenschap benadeling aan te tonen Instantie Hoge Raad Datum 07-04-2017 Nummer ECLI:NL:HR:2017:635
Vernietiging dividendbesluit wegens faillissementspauliana Instantie Hoge Raad Datum 23-09-2016 Nummer ECLI:NL:HR:2016:2172
Nabetalingsclausule in leveringsakte redt gewraakte transactie niet, aandelenoverdracht paulianeus Instantie Rechtbank Oost-Brabant Datum 29-04-2016 Nummer ECLI:NL:RBOBR:2016:2821
Piramidespel niet toerekenbaar aan notaris die vennootschap heeft opgericht, geen Peeters/Gatzen-vordering voor curator Instantie Hoge Raad Datum 05-02-2016 Nummer ECLI:NL:HR:2016:201
Ondanks nabetalingsclausule wordt aandelenoverdracht vernietigd wegens faillissementspauliana Instantie Gerechtshof 's-Hertogenbosch Datum 02-02-2016 Nummer ECLI:NL:GHSHE:2016:296
Wederzijdse zekerheden arrangement/meerwaarde overeenkomst ook in faillissement geldig Instantie Hoge Raad Datum 16-10-2015 Nummer ECLI:NL:HR:2015:3094
Bij verwerping door failliet geen faillissementspauliana maar erfrechtpauliana (art. 4:205 BW) Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum 07-07-2015 Nummer ECLI:NL:GHARL:2015:5051
Wijziging huwelijkse voorwaarden was paulianeus Instantie Rechtbank Gelderland Datum 05-03-2014 Nummer ECLI:NL:RBGEL:2014:1980
Bewijsvermoeden art. 43 lid 1 onder 2 Fw niet van toepassing op rechtshandelingen waarmee zekerheid wordt bedongen voor verschaffing van krediet Instantie Hoge Raad Datum 29-11-2013 Nummer ECLI:NL:HR:2013:CA3762
Juridische splitsing kan niet worden vernietigd met een beroep op de actio Pauliana Instantie Hoge Raad Datum 12-07-2013 Nummer ECLI:NL:HR:2013:21
Omzetting stil pandrecht naar vuistloos pandrecht valt buiten de werking van art. 42 Fw Instantie Hoge Raad Datum 21-06-2013 Nummer ECLI:NL:HR:2013:BZ7199
Rechtshandeling in de zin van art. 42 Fw moet onverplicht verricht zijn Instantie Hoge Raad Datum 03-12-2010 Nummer ECLI:NL:HR:2010:BN9366
Invulling begrip wetenschap van benadeling in de zin van art. 42 Fw Instantie Hoge Raad Datum 22-12-2009 Nummer ECLI:NL:HR:2009:BI8493
Vernietiging actio Pauliana heeft slechts relatieve nietigheid tot gevolg Instantie Hoge Raad Datum 24-04-2009 Nummer ECLI:NL:HR:2009:BF3917
Benadeling schuldeisers vereist voor onverplicht verrichte rechtshandelingen Instantie Hoge Raad Datum 19-10-2001 Nummer ECLI:NL:HR:2001:ZC3654
Geen sprake van 'wetenschap van een faillissementsaanvraag' alvorens faillissement is aangevraagd Instantie Hoge Raad Datum 16-06-2000 Nummer ECLI:NL:HR:2000:AA6234
Curator ook bevoegd tegen derde op te treden die bij benadeling betrokken is (Peeters/Gatzen) Instantie Hoge Raad Datum 14-01-1983 Nummer ECLI:NL:HR:1983:AG4521

Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel De hanteerbaarheid van de faillissementspauliana Auteur(s) R.M. Wibier Bron WPNR 2021/7317
Titel Actio pauliana en juridische fusie en splitsing Auteur(s) H. Koster Bron Bb 2021/76
Titel De faillissementspauliana als risicoaansprakelijkheid Auteur(s) W.H.B.K. Nieuwesteeg, P.J. Peters Bron FIP 2021/4
Titel De pauliana; hard to describe, easy to recognize? Auteur(s) R.M. Wibier Bron FIP 2019/45
Titel Veilig via het huwelijksvermogensrecht naar een safe haven? Auteur(s) F.W.J.M. Schols Bron Estate Tip 2018/18
Titel Toepassing van de faillissementspauliana en de actio Pauliana op de vereffening van de nalatenschap Auteur(s) J.W.A. Biemans Bron WPNR 2017/7136
Titel Wetenschap van benadeling in de zin van art. 42 Fw en de voorzienbaarheid van het faillissement van de schuldenaar Auteur(s) R.J. van der Weijden Bron MvV 2017/10
Titel Curator vernietigt huwelijkse voorwaarden op grond van de faillissementspaulian Auteur(s) J.W.A. Biemans Bron JBN 2015/7

Praktisch

Titel Bron Type Categorie
Stappenplan WHOA aanvragen Bron Kamer van Koophandel Type Ondernemer en onderneming Categorie Verwijzingen voor de notaris
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Diversen