Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Levering van goederen (art. 3 lid 1 Wet OB)

Bijgewerkt tot 01-05-2023 Auteur De redactie

1 InleidingAan de heffing van omzetbelasting zijn onderworpen de leveringen van goederen die in Nederland door een zodanig handelende belastingplichtige (de ondernemer als bedoeld in art. 7 Wet OB) onder bezwarende titel worden verricht (art. 1 onder a Wet OB). Om te bepalen of een handeling een levering van een goed of een dienst is, moet in de eerste plaats worden nagegaan of één van de leveringsbepalingen in art. 3 of art. 3a Wet OB van toepassing is.De eis van een be…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wetteksten


Artikel 3

  • 1

    Leveringen van goederen zijn:

    • a.

      de overdracht of overgang van de macht om als eigenaar over een goed te beschikken;

    • b.

      de afgifte van goederen ingevolge een overeenkomst van huurkoop;

    • c.

      de oplevering van onroerende zaken door degene die de zaken heeft vervaardigd, met uitzondering van andere onbebouwde terreinen dan bouwterreinen als bedoeld in artikel 11, zesde lid;

    • d.

      de rechtsovergang van goederen tegen betaling van een vergoeding ingevolge een vordering door of namens de overheid;

    • e.

      [vervallen;]

    • f.

      de rechtsovergang van goederen welke het onderwerp uitmaken van een overeenkomst tot het aanbrengen van die goederen aan een ander goed.

  • 2

    Als levering van goederen wordt mede aangemerkt de vestiging, overdracht, wijziging, afstand en opzegging van rechten waaraan onroerende zaken zijn onderworpen, met uitzondering van hypotheek en grondrente, tenzij de vergoeding, vermeerderd met de omzetbelasting, minder bedraagt dan de waarde in het economische verkeer van die rechten. De waarde in het economische verkeer bedraagt ten minste de kostprijs, met inbegrip van de omzetbelasting, van de onroerende zaak waarop het recht betrekking heeft, zoals die zou ontstaan bij de voortbrenging door een onafhankelijke derde op het tijdstip van de handeling.

  • 3

    Met een levering onder bezwarende titel als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, worden gelijkgesteld:

    • a.

      het door een ondernemer aan zijn bedrijf onttrekken van een goed dat hij voor eigen privé-doeleinden of voor privé-doeleinden van zijn personeel bestemt, dat hij om niet verstrekt of, meer in het algemeen, dat hij voor andere dan bedrijfsdoeleinden bestemt, ingeval met betrekking tot dat goed of de bestanddelen daarvan recht op volledige of gedeeltelijke aftrek van de belasting is ontstaan;

    • b.

      [vervallen;]

    • c.

      het onder zich hebben van goederen door een ondernemer of zijn rechthebbenden wanneer hij de uitoefening van zijn bedrijf beëindigt, ingeval bij de aanschaffing van die goederen of bij de bestemming ervan overeenkomstig het bepaalde in onderdeel b, zoals dat luidde op 31 december 2013, recht op volledige of gedeeltelijke aftrek van de belasting is ontstaan.

  • 4

    Indien door meer dan één persoon overeenkomsten worden gesloten met een verplichting tot levering van een zelfde goed dat vervolgens door de eerste persoon rechtstreeks aan de laatste afnemer wordt afgeleverd, wordt dat goed geacht door ieder van die personen te zijn geleverd.

  • 5

    Goederen welke over een veiling worden verhandeld, worden geacht aan en vervolgens door de houder van de veiling te zijn geleverd.

  • 6

    Goederen welke worden geleverd door tussenkomst van een commissionair of dergelijke ondernemer die overeenkomsten sluit op eigen naam maar op order en voor rekening van een ander, worden geacht aan en vervolgens door die ondernemer te zijn geleverd.

  • 7

    Goederen zijn alle voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten, alsmede electriciteit, gas, warmte of koude en dergelijke.

  • 8

    Voor de toepassing van het derde lid, onderdeel a, worden onttrekkingen van goederen om voor bedrijfsdoeleinden te dienen als geschenken van geringe waarde of als monster, niet als een levering onder bezwarende titel beschouwd.


Kennisdossiers

Titel Categorie
Titel Bouwterrein Categorie Registergoederenrecht
Titel Economische eigendomsoverdracht Categorie Registergoederenrecht

Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
HR oordeelt dat sale-and-leasebacktransactie leidt tot levering van een goed in de zin van de omzetbelasting, geen art. 37d Wet OB Instantie Hoge Raad Datum 29-01-2021 Nummer ECLI:NL:HR:2021:154
Overdracht van rechtsverhouding tegen vergoeding is dienst ex art. 4 Wet OB waarover omzetbelasting is verschuldigd Instantie Rechtbank Noord-Holland Datum 07-09-2018 Nummer ECLI:NL:RBNHO:2018:11877
Begrip 'vervaardigen' moet voor roerende zaken op dezelfde wijze worden uitgelegd als bij onroerende zaken Instantie Hoge Raad Datum 23-09-2016 Nummer ECLI:NL:HR:2016:2137
Economische vestiging erfpachtrecht is verhuur voor de heffing van omzetbelasting Instantie Hoge Raad Datum 27-09-2002 Nummer ECLI:NL:HR:2002:AE8145
HvJ EG geeft invulling aan begrip levering voor heffing omzetbelasting Instantie Hof van Justitie EU Datum 08-02-1990 Nummer ECLI:EU:C:1990:61

Beleidsbesluiten

Titel Instantie Datum Nummer Samenvatting
Instantie Ministerie van Financiën Datum 19-09-2013 Nummer BLKB2013/1686M Samenvatting Op 22 maart 2013 heeft de Hoge Raad (nr 12/02180) geoordeeld dat gelet op het Don Bosco-arrest de handelingen die een aannem…
Instantie Ministerie van Financiën Datum 14-07-2009 Nummer CPP2008/137M Samenvatting

Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel Omzetbelasting – levering appartementsrecht ‘op tekening’ Auteur(s) P. Berkhuizen, J.C. van Straaten Bron FBN 2023/33
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Fiscaal

Tarief erf- en schenkbelasting (art. 24 SW) Erfbelasting bij partners (art. 25 SW) Schenkbelasting bij partners (art. 26 SW) Schenkbelasting afgezonderd particulier vermogen (art. 26a SW) Samenvoeging schenkingen binnen een jaar (art. 27 SW) Schenkingen aan kinderen binnen een jaar (art. 28 SW) Onzekerheid over verwantschap (art. 29 SW) Verwerping en afstand (art. 30 SW) Afstand door bezwaarde (art. 31 SW) Vrijstellingen erfbelasting (art. 32 SW) ANBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 3 SW) Omvang vrijstellingen erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 4 SW) Verkrijging pensioenregeling en lijfrenten (art. 32 lid 1 onder 5 SW) SBBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 8 SW) Steunstichting SBBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 9 SW) Vrijstelling erfbelasting voor werknemer erflater (gevolgen testamentair loon, salaire differé en executeursloon) (art. 32 lid 1 onder 10 SW) Vrijstelling erfbelasting voor nog niet vorderbare termijnen van renten, uitkeringen, bezoldigingen en andere inkomsten (art. 32 lid 1 onder 11 SW) Pensioenimputatie (art. 32 lid 2 SW) Definitie lijfrenten (art. 32 lid 4 SW) Vrijstellingen schenkbelasting (art. 33 SW) ANBI en schenkbelasting (art. 33 onder 4 SW) Schenkvrijstelling ouder-kind (art. 33 onder 5 SW) Schenkvrijstelling overige verkrijgers (art. 33 onder 7 SW) Schenkvrijstelling voor onvermogenden (art. 33 onder 8 SW) Vrijstelling bij samenloop schenkbelasting met inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting (art. 33 onder 9 SW) Schenking aan een rechtspersoon ter bevordering van werknemersbelangen (art. 33 onder 11 SW) Voldoen aan natuurlijke verbintenis (art. 33 onder 12 SW) SBBI en schenkbelasting (art. 33 onder 13 SW) Steunstichting SBBI en schenkbelasting (art. 33 onder 14 SW) Definitie schenking ten behoeve van eigen woning (art. 33a SW) Samenloop verhoogde schenkvrijstellingen eigen woning (art. 82a SW)

Tarief overdrachtsbelasting (art. 14 WBR) Vrijstelling algemeen (art. 15 WBR) Vrijstelling btw-belaste levering (art. 15.1.a WBR) Vrijstelling bedrijfsoverdracht binnen familiesfeer (art. 15.1.b WBR) Vrijstelling publiekrechtelijke lichamen (art. 15.1.c WBR) Vrijstelling inbreng in personenvennootschap (art. 15.1.e onder 1 WBR) Vrijstelling inbreng in kapitaalvennootschap (art. 15.1.e onder 2 WBR) Vrijstelling verdeling of vereffening (art. 15.1.f WBR) Vrijstelling verdeling gemeenschap samenwoners (art. 15.1.g WBR) Vrijstelling bij fusie, splitsing en interne reorganisatie (art. 15.1.h WBR) Vrijstelling aangebrachte zaken (art. 15.1.i WBR) Vrijstelling voor verkrijging bestemd voor onderwijs (art. 15.1.k WBR) Vrijstelling ruilverkaveling (art. 15.1.l WBR) Vrijstelling bureau beheer landbouwgronden (art. 15.1.m WBR) Woningbouwlichamen (art. 15.1.n WBR) Vrijstelling stedelijke herstructurering (art. 15.1.o WBR) Verkrijging van lichaam ter bevordering van stedelijke herstructurering (art. 15.1.oa WBR) Startersvrijstelling (Art. 15.1.p WBR) Monumentenvrijstelling (vervallen) (art. 15.1.p WBR) Cultuurgrondvrijstelling (art. 15.1.q WBR) Vrijstelling bij herstel in oude toestand (art. 15.1.r WBR) Vrijstelling natuurgrond (art. 15.1.s WBR) Vrijstelling verkoopregulerend beding (Art. 15.1.t WBR) Vrijstelling Staatsbosbeheer (art. 15.1.u WBR) Vrijstelling uitoefenen wilsrecht (art. 15.1.x WBR) Vrijstelling bij verkrijging (kabel)netten (art. 15.1.y WBR) Tijdelijke vrijstelling inbreng van tbs-pand in NV/BV (vervallen) (art. 15.1.z WBR) Anti-ontgaansbepaling (art. 15 lid 4 WBR) Schriftelijke verklaring en onvoorziene omstandigheden (art. 15a WBR)