Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Genietingstijdstip vervreemdingsvoordelen (art. 4.46 Wet IB 2001)

Bijgewerkt tot 20-07-2020 Auteur De redactie

1 Inleiding Vervreemdingsvoordelen worden geacht te zijn genoten op het tijdstip van de vervreemding, aldus art. 4.46 lid 1 Wet IB 2001. Hierbij wordt aangesloten op het moment dat de obligatoire overeenkomst tot vervreemding van de aandelen tot stand komt. Het moment van de levering van de aandelen of de betaling van de koopprijs is niet van belang. 2 Overeenkomst onder voorwaarde De overeenkomst tot vervreemding van de aandelen kan worden gesloten onder een voorwaarde. In geval van een…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wetteksten


Artikel 4.46 Genietingstijdstip vervreemdingsvoordelen

Artikel 4.46 Genietingstijdstip vervreemdingsvoordelen

  • 1

    Vervreemdingsvoordelen worden geacht te zijn genoten op het tijdstip van de vervreemding.

  • 2

    In geval van een vervreemding als bedoeld in artikel 4.16, eerste lid, onderdeel h, wordt als tijdstip van genieten aangemerkt het tijdstip dat onmiddellijk voorafgaat aan het ophouden van de binnenlandse belastingplicht.

  • 3

    Het voordeel bedoeld in artikel 4.16, eerste lid, onderdeel i wordt genoten op het tijdstip waarop de koopoptie is verleend.

  • 4

    Het voordeel bedoeld in artikel 4.28, tweede lid, wordt in aanmerking genomen op het tijdstip waarop de daadwerkelijk genoten termijnen – opgevat overeenkomstig artikel 4.43 – de geschatte overdrachtsprijs overschrijden. Het negatieve voordeel bedoeld in artikel 4.28, derde lid, wordt in aanmerking genomen op het tijdstip waarop de laatste termijn is genoten.

  • 5

    Het voordeel bedoeld in artikel 4.29, eerste lid, wordt geacht te zijn genoten op het tijdstip van de verhoging van de overdrachtsprijs. Het negatieve vervreemdingsvoordeel bedoeld in artikel 4.29, tweede lid, wordt in aanmerking genomen op het tijdstip van de verlaging van de overdrachtsprijs.

  • 6

    Het in artikel 4.34 bedoelde negatieve vervreemdingsvoordeel in geval van ontbinding van de vennootschap wordt in aanmerking genomen op het tijdstip waarop de vereffening is voltooid.

  • 7

    De vervreemding als bedoeld in artikel 4.16, derde lid, wordt in aanmerking genomen op het tijdstip dat is vermeld in het verzoek, maar niet eerder dan op het tijdstip waarop het verzoek is ontvangen door de inspecteur.

  • 8

    Het voordeel, bedoeld in artikel 4.16, vijfde lid, wordt geacht te zijn genoten op het tijdstip waarop de onderneming van de vennootschap waarin de belastingplichtige een aanmerkelijk belang heeft, voor rekening en risico van de belastingplichtige wordt voortgezet.


Kennisdossiers

Titel Categorie
Titel Belastbaar inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) Categorie Belastingrecht

Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
Vernietiging verkoopovereenkomst AB-aandelen heeft fiscaal geen terugwerkende kracht Instantie Hoge Raad Datum 21-11-2014 Nummer ECLI:NL:HR:2014:3323

Beleidsbesluiten

Titel Instantie Datum Nummer Samenvatting
Instantie Ministerie van Financiën Datum 04-09-2012 Nummer BLKB2012/101M Samenvatting Dit beleidsbesluit is ingetrokken bij besluit van 9 maart 2018 (nr 2018-27139).Het beleidsbesluit inzake de aanmerkelijkbela…
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Fiscaal

Tarief erf- en schenkbelasting (art. 24 SW) Erfbelasting bij partners (art. 25 SW) Schenkbelasting bij partners (art. 26 SW) Schenkbelasting afgezonderd particulier vermogen (art. 26a SW) Samenvoeging schenkingen binnen een jaar (art. 27 SW) Schenkingen aan kinderen binnen een jaar (art. 28 SW) Onzekerheid over verwantschap (art. 29 SW) Verwerping en afstand (art. 30 SW) Afstand door bezwaarde (art. 31 SW) Vrijstellingen erfbelasting (art. 32 SW) ANBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 3 SW) Omvang vrijstellingen erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 4 SW) Verkrijging pensioenregeling en lijfrenten (art. 32 lid 1 onder 5 SW) SBBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 8 SW) Steunstichting SBBI en erfbelasting (art. 32 lid 1 onder 9 SW) Vrijstelling erfbelasting voor werknemer erflater (gevolgen testamentair loon, salaire differé en executeursloon) (art. 32 lid 1 onder 10 SW) Vrijstelling erfbelasting voor nog niet vorderbare termijnen van renten, uitkeringen, bezoldigingen en andere inkomsten (art. 32 lid 1 onder 11 SW) Pensioenimputatie (art. 32 lid 2 SW) Definitie lijfrenten (art. 32 lid 4 SW) Vrijstellingen schenkbelasting (art. 33 SW) ANBI en schenkbelasting (art. 33 onder 4 SW) Schenkvrijstelling ouder-kind (art. 33 onder 5 SW) Schenkvrijstelling overige verkrijgers (art. 33 onder 7 SW) Schenkvrijstelling voor onvermogenden (art. 33 onder 8 SW) Vrijstelling bij samenloop schenkbelasting met inkomstenbelasting of vennootschapsbelasting (art. 33 onder 9 SW) Schenking aan een rechtspersoon ter bevordering van werknemersbelangen (art. 33 onder 11 SW) Voldoen aan natuurlijke verbintenis (art. 33 onder 12 SW) SBBI en schenkbelasting (art. 33 onder 13 SW) Steunstichting SBBI en schenkbelasting (art. 33 onder 14 SW) Definitie schenking ten behoeve van eigen woning (art. 33a SW) Samenloop verhoogde schenkvrijstellingen eigen woning (art. 82a SW)

Tarief overdrachtsbelasting (art. 14 WBR) Vrijstelling algemeen (art. 15 WBR) Vrijstelling btw-belaste levering (art. 15.1.a WBR) Vrijstelling bedrijfsoverdracht binnen familiesfeer (art. 15.1.b WBR) Vrijstelling publiekrechtelijke lichamen (art. 15.1.c WBR) Vrijstelling inbreng in personenvennootschap (art. 15.1.e onder 1 WBR) Vrijstelling inbreng in kapitaalvennootschap (art. 15.1.e onder 2 WBR) Vrijstelling verdeling of vereffening (art. 15.1.f WBR) Vrijstelling verdeling gemeenschap samenwoners (art. 15.1.g WBR) Vrijstelling bij fusie, splitsing en interne reorganisatie (art. 15.1.h WBR) Vrijstelling aangebrachte zaken (art. 15.1.i WBR) Vrijstelling voor verkrijging bestemd voor onderwijs (art. 15.1.k WBR) Vrijstelling ruilverkaveling (art. 15.1.l WBR) Vrijstelling bureau beheer landbouwgronden (art. 15.1.m WBR) Woningbouwlichamen (art. 15.1.n WBR) Vrijstelling stedelijke herstructurering (art. 15.1.o WBR) Verkrijging van lichaam ter bevordering van stedelijke herstructurering (art. 15.1.oa WBR) Startersvrijstelling (Art. 15.1.p WBR) Monumentenvrijstelling (vervallen) (art. 15.1.p WBR) Cultuurgrondvrijstelling (art. 15.1.q WBR) Vrijstelling bij herstel in oude toestand (art. 15.1.r WBR) Vrijstelling natuurgrond (art. 15.1.s WBR) Vrijstelling verkoopregulerend beding (Art. 15.1.t WBR) Vrijstelling Staatsbosbeheer (art. 15.1.u WBR) Vrijstelling uitoefenen wilsrecht (art. 15.1.x WBR) Vrijstelling bij verkrijging (kabel)netten (art. 15.1.y WBR) Tijdelijke vrijstelling inbreng van tbs-pand in NV/BV (vervallen) (art. 15.1.z WBR) Anti-ontgaansbepaling (art. 15 lid 4 WBR) Schriftelijke verklaring en onvoorziene omstandigheden (art. 15a WBR)