Kennisbank voor het notariaat
Wetstoelichting

Verdeling van de nalatenschap (art. 4:227 - 4:233 BW)

Bijgewerkt tot 04-04-2023 Auteur De redactie

1 Inleiding In afdeling 4.6.4 geeft de wet enkele bepalingen met betrekking tot de verdeling van de nalatenschap. Het betreft met name de regeling van de gedwongen schuldverrekening (art. 4:228 BW) en de inbreng (art. 4:229-233 BW). Voorop staat dat de regels die voor de verdeling van iedere gemeenschap gelden, ook op de verdeling van een nalatenschap van toepassing zijn (art. 4:227 BW). De bepalingen van deze afdeling zijn een aanvulling op die regels. De gemeenschap zelf wordt geregeld in Tit…

Verder lezen?

Om dit document te kunnen bekijken, moet u ingelogd zijn.

Geen inloggegevens?

Heeft u nog geen inloggegevens, dan kunt u een abonnement afsluiten.

Bent u werkzaam op het notariële en/of fiscale werkterrein en wilt u het gebruik van Via Juridica ervaren?
Vraag een gratis proefabonnement aan en probeer Via Juridica één maand uit!

Voor (voltijd)studenten is een gratis studentenabonnement beschikbaar.


Gebruikers van Via Juridica

Bekijk alle

Wetteksten


Artikel 227

Onverminderd de voorschriften die voor de verdeling van iedere gemeenschap gelden, zijn op de verdeling van een nalatenschap de navolgende bepalingen van toepassing.


Artikel 228

  • 1

    Tot de schulden van een erfgenaam, die bij de verdeling op verlangen van een of meer der overige erfgenamen op zijn aandeel worden toegerekend, behoort hetgeen hij aan de erflater schuldig is gebleven.

  • 2

    Ook schulden als bedoeld in artikel 7 lid 1 onder f tot en met h van een erfgenaam aan een mede-erfgenaam worden, voor zover zij bij de verdeling opeisbaar zijn, op verlangen en ten behoeve van de mede-erfgenaam toegerekend op het aandeel van de schuldenaar.


Artikel 229

  • 1

    Erfgenamen zijn verplicht ten behoeve van hun mede-erfgenamen de waarde van de hun door de erflater gedane giften in te brengen, voor zover de erflater dit, hetzij bij de gift hetzij bij uiterste wilsbeschikking, heeft voorgeschreven.

  • 2

    Een bij de gift opgelegde verplichting tot inbreng kan bij uiterste wilsbeschikking worden ongedaan gemaakt.


Artikel 230

Erfgenamen die bij plaatsvervulling opkomen, moeten behalve de door henzelf ontvangen giften, ieder naar de mate van zijn erfdeel de giften inbrengen, die hij wiens plaats zij innemen, had moeten inbrengen, was hij erfgenaam geweest.


Artikel 231

Ook als de begiftigde in een gemeenschap van goederen of deelgenootschap is gehuwd, komt de gehele gift voor inbreng in aanmerking, tenzij de erflater het tegendeel heeft bepaald.


Artikel 232

  • 1

    De aansprakelijkheid van de erfgenamen jegens de schuldeisers van de nalatenschap wordt door een verplichting tot inbreng niet gewijzigd.

  • 2

    Bij overgang van het erfdeel van een erfgenaam gaat zijn recht op of verplichting tot inbreng mede over.


Artikel 233

  • 1

    Verplichting tot inbreng betekent dat bij de verdeling van de nalatenschap de waarde van de gift in mindering komt van het aandeel van de tot inbreng verplichte erfgenaam in het hem en de erfgenamen, te wier behoeve de inbreng verplicht is, uit de nalatenschap toekomende gedeelte, vermeerderd met de onderling in te brengen bedragen. De waarde van de giften wordt berekend op de wijze als uit artikel 66 voortvloeit; deze waarde wordt verhoogd met een rente van zes procent per jaar vanaf de dag dat de nalatenschap is opengevallen. De artikelen 68 en 70 lid 3 zijn van overeenkomstige toepassing.

  • 2

    Inbreng is niet verplicht voor zover de waarde van de gift groter is dan het aandeel van de erfgenaam.


Kennisdossiers

Titel Categorie
Titel Afwikkeling en vereffening nalatenschap Categorie Erfrecht

Rechtspraak

Titel Instantie Datum Nummer
Inbreng in de nalatenschap moet worden verhoogd met 6% samengestelde rente Instantie Rechtbank Limburg Datum 18-01-2023 Nummer ECLI:NL:RBLIM:2023:794
Toedeling woning vormt verkrijging onder algemene titel voor planschadevergoeding Instantie Raad van State Datum 10-04-2019 Nummer ECLI:NL:RVS:2019:1124
Uitleg van maatschapsovereenkomst; landbouwbedrijf kan worden overgenomen tegen de waarde in verpachte staat Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum 13-03-2019 Nummer ECLI:NL:RBNNE:2019:1029
Notaris moet huwelijkse voorwaarden doornemen met partijen bij het opmaken van een testament Instantie Kamer voor het notariaat Amsterdam Datum 27-11-2018 Nummer ECLI:NL:TNORAMS:2018:25
Verdeling van een nalatenschap terwijl de vereffening nog niet is voltooid, is onder voorwaarden mogelijk Instantie Gerechtshof 's-Hertogenbosch Datum 29-05-2018 Nummer ECLI:NL:GHSHE:2018:2267
Hoge Raad geeft eiser tot cassatie gelegenheid om mede-erfgenamen op te roepen als partijen in vorderingsprocedure Instantie Hoge Raad Datum 20-04-2018 Nummer ECLI:NL:HR:2018:649
Vordering tot inbreng van giften in nalatenschap kan niet verjaren Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum 02-08-2017 Nummer ECLI:NL:RBNNE:2017:2955
Erfgenamen ontvankelijk in enquêteprocedure omdat partiële verdeling van aandelen nietig is wegens selbsteintritt Instantie Hoge Raad Datum 18-03-2016 Nummer ECLI:NL:HR:2016:454
Ondanks verpanding blijft begunstiging levensverzekering in stand en valt dus niet in nalatenschap Instantie Gerechtshof Den Haag Datum 03-03-2015 Nummer ECLI:NL:GHDHA:2015:816
Geen gift bij verkoop tegen waarde in verpachte staat vanwege ontbreken bevoordelingsbedoeling Instantie Gerechtshof Den Haag Datum 29-07-2014 Nummer ECLI:NL:GHDHA:2014:4297

Literatuur

Titel Auteur(s) Bron
Titel Uiteenlopende jurisprudentie over gedwongen toerekening van verjaarde schulden Auteur(s) E.J. Moll Bron TE 2020/3
Inhoudsopgave
Overzicht
Wetstructuur
Civiel